This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 180 min
Items in this lesson
Splitsing niveaus
Jaap A2
Elske 1F/2F
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Briefje schrijven
Slide 3 - Slide
Je hebt een nieuw huis gekregen. Je bent erg blij en je wilt een groot feest geven. Daarom schrijf je een e-mail aan je vrienden. Schrijf de volgende dingen: 1. Waarom je een feest geeft 2. Op welke dag het feest is 3. Hoe laat het feest begint 4. Wat je nieuwe adres is.
Slide 4 - Open question
Je krijgt de telefoonrekening van de laatste maand. Er staat dat je €. 359,75 moet betalen! Normaal heb je een rekening van ongeveer €. 41,-. Je hebt de laatste 2 maanden niet meer gebeld dan anders. Schrijf een briefje naar KPN. Schrijf in het briefje de volgende dingen: 1. De rekening is veel te hoog 2. Normaal betaal je veel minder 3. Je hebt niet meer gebeld dan anders 4. daarom wil je niet betalen.
Slide 5 - Open question
Werkwoorden met vast voorzetsel
Slide 6 - Slide
werkwoorden met vaste voorzetsels TC 6.5
Slide 7 - Mind map
Ik bedank hem .... het kaartje
A
naar
B
met
C
voor
D
van
Slide 8 - Quiz
Ik wacht .... de bus, omdat ik met de bus naar huis ga.
A
op
B
voor
C
bij
D
met
Slide 9 - Quiz
Zij geniet ... het sporten.
A
voor
B
op
C
aan
D
van
Slide 10 - Quiz
Zij moet wennen ... haar nieuwe baan.
A
op
B
met
C
aan
D
voor
Slide 11 - Quiz
Ik spaar ... een nieuwe auto.
A
voor
B
op
C
met
D
van
Slide 12 - Quiz
De cursisten zijn benieuwd ...... het resultaat van het examen.
A
voor
B
naar
C
van
D
in
Slide 13 - Quiz
Zij condoleert mij ... het overlijden van mijn oma.
A
over
B
aan
C
met
D
voor
Slide 14 - Quiz
Heb je een vraag .... het huiswerk?
Slide 15 - Open question
Ik heb zin ... de vakantie.
Slide 16 - Open question
Zij kan goed omgaan ..... anderen?
Slide 17 - Open question
Hij houdt ..... zijn vrouw en kinderen.
Slide 18 - Open question
Maak een zin met het voorzetsel van de spinner.
Slide 19 - Slide
Lezen
Nieuwsbegrip: Superjacht te groot voor Rotterdamse brug (op papier)
Slide 20 - Slide
school.nieuwsbegrip.nl
Slide 21 - Link
Spreken: opdrachtenkaartjes
Slide 22 - Slide
Evaluatie
Heb je voldoende geleerd vandaag?
Wat wil je de volgende les graag leren?
Slide 23 - Slide
Slide 24 - Slide
Gesprekken voeren
Oefenen op papier
Slide 25 - Slide
Luisteren
Oefening op papier
Slide 26 - Slide
Woordenschat
Slide 27 - Slide
Vul de volgende combinaties met voorzetsels in. Pas nodig de vorm aan: inzetten op, storten in, achterblijven bij, afstemmen op, droevig gesteld zijn met, de brui geven aan, in debat gaan met, een tekort hebben aan