4M - 1.1 - Introductie & Nederland wordt een democratie

De zomervakantie 
1 / 34
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

This lesson contains 34 slides, with text slides and 8 videos.

Items in this lesson

De zomervakantie 

Slide 1 - Slide

Het examenjaar
H1 - Nederland (1848 - 1914)
H2 - De Eerste Wereldoorlog (1914 - 1918)
H3 - Het Interbellum (1918 - 1939)
H4 - De Tweede Wereldoorlog (1939 - 1945) 
H5 - Europa en de Wereld (1945 - 1989)
H6 - De Koude Oorlog (1945 - 1989)
H7 - De Nieuwe Wereldorde (vanaf 1990)

Slide 2 - Slide

Geschiedenis - 4M 



1.1 Nederland wordt een democratie

Slide 3 - Slide

Planning: 

1. Uitleg + aantekeningen 

2. Stukje tekst lezen 

3. Opdrachten maken uit het boek
Leerdoel:

Je weet hoe de macht tussen 1815 en 1848 verdeeld was in Nederland

Je weet waarom 1848 een belangrijk jaartal is in onze politieke geschiedenis

Slide 4 - Slide

De machtige koning

  • Sinds 1815: Constitutionele monarchie: koninkrijk met grondwet
  • Koning had alle macht in handen


Slide 5 - Slide

De machtige koning
  • Rijke burgers waren ontevreden
  • Liberalen: iemand die in de politiek streeft naar meer vrijheid
  • 1848: Revoluties door geheel Europa (Duitsland en Frankrijk)
  • Willem II vraagt Thorbecke (liberaal) een nieuwe grondwet te schrijven

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Het machtige parlement
  •  Thorbecke 1848: binnen een paar weken grondwetsherziening klaar
  • Hoogste macht bij Parlement
  • Parlement = Staten-Generaal = Eerste en Tweede Kamer
  • Parlement controleert de regering en maakt wetten 
  • Koning: onschendbaar
  • Ministeriële verantwoordelijkheid: koning niks zeggen of doen zonder toestemming

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Opdrachten
Opdracht 1, 2 en 3 van paragraaf 1.1 
(bladzijde 17)

Slide 11 - Slide

Planning: 

1. Uitleg + aantekeningen 

2. Stukje tekst lezen 

3. Opdrachten maken uit het boek
Leerdoel:

Je weet hoe de macht tussen 1815 en 1848 verdeeld was in Nederland

Je weet waarom 1848 een belangrijk jaartal is in onze politieke geschiedenis

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Geschiedenis - 4M 



1.1 Nederland wordt een democratie

Slide 14 - Slide

Planning: 

1. Nakijken

2. Uitleg + aantekeningen 

3. Stukje tekst lezen 

4. Opdrachten maken 
Leerdoel:

Je weet wat de Luxemburgse Kwestie was. 

Je kent twee typen grondrechten. 

Je kan het censuskiesrecht beschrijven

Slide 15 - Slide

Nakijken
Opdracht 1, 2 en 3 van paragraaf 1.1

Slide 16 - Slide

Luxemburgse kwestie
  • 1867: Problemen tussen parlement en Koning Willem III 
  • Willem III besluit tot het verkopen van Luxemburg aan Frankrijk
  • Pruisen (Duitsland) was woedend
  • Koop afgeblazen: Frankrijk boos
  • Luxemburgse kwestie
  • Willem ontbindt de kamer
  • Volgend parlement zelfde mening

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

Meer burgerrechten
  • Liberalen: tegen machtige overheid
  • Grondrechten: de belangrijkste rechten van burgers
  • Thorbecke verwerkt rechten grondwetswijziging 

Slide 19 - Slide

Klassieke grondrechten

Vrijheid van:
  • onderwijs
  •  meningsuiting
  • godsdienst
  • drukpers 
  •  vereniging en vergadering 

Sociale grondrechten

Recht op:
  •  huisvesting
  •  gezondheidszorg
  • onderwijs

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Meer burgerrechten
  • Burgers mochten gaan stemmen op: Tweede kamer, Provinciale Staten, Gemeenteraad
  • Liberalen: politiek alleen voor verstandige mensen
  • Censuskiesrecht: wie betaald, bepaald                              

Slide 22 - Slide

Opdrachten
Opdracht 4, 6 en 8 van paragraaf 1.1 
(bladzijde 17 en 18)

Slide 23 - Slide

Geschiedenis - 4M 



1.1 Nederland wordt een democratie

Slide 24 - Slide

Leerdoel:

Je weet hoe het kiesrecht zich uiteindelijk uitbreidde tot een volmaakte democratie.

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Video

Slide 27 - Video

Slide 28 - Video

Herhalingsvragen
1. Wie herschreef de grondwet van 1848? 
2. Waarom gaf koning Willem II de opdracht? 
3. Wat betekent: 'de koning is onschendbaar, ministriele verantwoordelijkheid
4. Waar ging de Luxemburgse Kwestie over? 
5. Noem de twee soorten grondrechten (geef bij ieder twee voorbeelden)
6. Wat hield het censuskiesrecht in? 

Slide 29 - Slide

Uitbreiding van het kiesrecht:
  • parlement werd gekozen door mannen die een goed inkomen hadden, die waren verstandig genoeg om te stemmen (5% van de Nederlandse mannen had kiesrecht)
  • 1887: 25 % van de mannen / Caoutchouc-artikel
  • 1917: Algemeen mannen kiesrecht 
  • 1919: Algemeen vrouwen kiesrecht

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

uitbreiding van het kiesrecht:
Met de komst van het algemeen kiesrecht (voor mannen en vrouwen) werd Nederland een parlementaire democratie: bestuurssysteem waarin de regering afhankelijk is van het parlement dat met algemeen kiesrecht is gekozen.

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Video

Opdrachten
Opdracht 9, 10 en 12 van paragraaf 1.1 
(bladzijde 19)

Slide 34 - Slide