Word order

Word order
1 / 10
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 10 min

Items in this lesson

Word order

Slide 1 - Slide

Wie doet wat waar wanneer?
       Onderwerp     werkwoord         lijdend vw             plaats                    tijd

Slide 2 - Slide

Stappenplan:
1. onderwerp                      WIE
2. werkwoord(en)               DOET
3. lijdend voorwerp            WAT
4. plaats                            WAAR
5. tijd                                WANNEER


Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Bijwoorden van frequentie
  • Bijwoorden van frequentie zijn woorden die aangeven hoe vaak je iets doet. 
  • Staat altijd voor het werkwoord 
Behalve  bij  am/are/is/was/were 
staat het achter het werkwoord


Bijwoorden van frequentie:
always
usually/typically/regularly 
often/frequently/generally
sometimes
occasionaly
seldom
rarely
never

Slide 8 - Slide

He / to town / after breakfast / often / mrs Hodges / takes

Slide 9 - Open question

a parking place / near the shops / they / find / rarely

Slide 10 - Open question