Hoe groeit een plant? Leg in eigenwoorden uit wat je nog weet
1 / 41
next
Slide 1: Open question
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5
This lesson contains 41 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Hoe groeit een plant? Leg in eigenwoorden uit wat je nog weet
Slide 1 - Open question
B2 Transport in planten
- Houtvaten en bastvaten
- Wateropname
- Waterpotentiaal
- Huidmondjes
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Wortelharen
Slide 5 - Slide
Zonder wortelharen kan dat dus niet erg goed.
Maar met wortelharen gaat dat veel beter!
wortel zonder wortelharen ________
______________wortel met wortelharen
Slide 6 - Slide
Centrale cilinder (BINAS 91B)
Slide 7 - Slide
Welke vaten zijn verantwoordelijk voor de anorganische sapstroom?
A
bastvaten
B
houtvaten
Slide 8 - Quiz
Welke onderdelen vervoeren organische stoffen?
A
bastvaten
B
houtvaten
Slide 9 - Quiz
welke bewering is waar?
A
houtvaten bevatten celkernen
B
de secundaire celwanden bevatten lignine
C
bastvaten bevatten geen dwarsverbanden
D
bastvaten bevatten celkernen
Slide 10 - Quiz
Wat is nr 10?
A
houtvaten
B
vaatbundel
C
bastvaten
D
centrale cilinder
Slide 11 - Quiz
Wat is juist?
A
B
C
A
A: Houtvaten
B: Bastvaten
C: Parenchym
B
A: Bastvaten
B: Parenchym
C: Houtvaten
C
A: Houtvaten
B: Parenchym
C: Bastvaten
D
A: Bastvaten
B: Houtvaten
C: Parenchym
Slide 12 - Quiz
Wat is het nut van veel wortelharen (1 lang woord ;-))
Slide 13 - Open question
Houtvaten
Sapstroom omhoog
Wateropname door worteldruk
Watertransport door verdamping, capillaire werking, worteldruk
Slide 14 - Slide
Watertransport plant
Door middel van:
- Worteldruk
- Capillaire werking
- Verdamping
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Waar nemen planten water en mineralen mee op?
Slide 18 - Open question
Worteldruk
De wortels persen het water omhoog, dit noem je worteldruk
Bij een hoge worteldruk ontstaan er druppels aan de rand van de bladeren --> de druk is hoger dan de verdamping
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
Worteldruk
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Slide
worteldruk
Slide 24 - Slide
Welk organel zul je dan ook veelvuldig aantreffen in endodermiscellen?
Slide 25 - Open question
Slide 26 - Slide
Huidmondjes
Regelen verdamping
Afname turgor sluitcellen door watertekort zorgt voor vormverandering waardoor huidmondje dicht gaat
Kan ook onder invloed van licht en CO2
Slide 27 - Slide
Slide 28 - Slide
Capillaire werking
Slide 29 - Slide
transport in houtvaten gebeurt door
A
luchtverversing, capillaire werking en worteldruk
B
verdamping, capillaire werking en worteldruk
C
verdamping, capillaire werking en wortels
D
verdamping, capillairen en worteldruk
Slide 30 - Quiz
Op een zomerse dag met veel wind neemt de plant meer water op dan normaal. Waardoor
A
Meer zuigkracht van de bladeren
B
Meer worteldruk
C
Meer capillaire werking
D
Geen van allen
Slide 31 - Quiz
Het transport van water, dat een boom uit de grond heeft opgenomen, stopt als de boom zijn bladeren laat vallen. Welke kracht valt weg door het ontbreken van de bladeren?
A
capillaire werking
B
worteldruk
C
verdamping
D
adhesie
Slide 32 - Quiz
Welke proces is geen belemmering voor de wateropname van een plant?
A
Een schimmelinfectie in de houtvaten
B
Gesloten huidmondjes
C
Doorgesneden bastvaten
D
Een hoge osmotische waarde in het grondwater
Slide 33 - Quiz
Waterpotentiaal
Osmotisch potentiaal wordt negatiever met meer opgeloste stoffen
Drukpotentiaal wordt positiever met hogere turgordruk
Water beweegt van hoog naar laag waterpotentiaal
Slide 34 - Slide
Een pantoffeldiertje neemt water op door osmose. Waar is de waterpotentiaal dan het hoogst?
A
in het pantoffeldiertje
B
buiten het pantoffeldiertje
C
binnen en buiten het pantoffeldiertje is waterpotentiaal gelijk
Slide 35 - Quiz
En waar is de osmotische waarde dan het hoogst?
A
in het pantoffeldiertje
B
buiten het pantoffeldiertje
C
binnen en buiten het pantoffeldiertje is osm. waarde gelijk
Slide 36 - Quiz
Slide 37 - Slide
Als een wortel in het voorjaar zijn eerste bladeren krijgt. Hoe wordt de suiker dan vervoerd?
A
via de houtvaten omlaag
B
via de bastvaten omlaag
C
via de houtvaten omhoog
D
via de bastvaten omhoog
Slide 38 - Quiz
Waardoor ontstaat stroming in bastvaten?
A
Door osmose en drukverschil
B
Alleen door osmose
C
Door verdamping van water
D
Door plasmastroming
Slide 39 - Quiz
veel struiken mag je niet in het voorjaar snoeien vanwege het risico op 'doodbloeden'. Wat is de verklaring
A
worteldruk is hoog, daardoor waterstroom in bastvaten niet te stoppen
B
worteldruk is hoog, daardoor stroom opgeloste organische stoffen in bastvaten niet te stoppen
C
worteldruk is hoog, daardoor waterstroom in houtvaten niet te stoppen
D
worteldruk is hoog, daardoor stroom opgeloste organische stoffen in houtvaten niet te stoppen