Week 1 - taalverzorging meervouden op -en en -s en verkleinwoorden K1

Spelling, paragraaf 4

Meervouden op -en en -s
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Spelling, paragraaf 4

Meervouden op -en en -s

Slide 1 - Slide

Vandaag
Lezen
Controleren paragraaf 3, d of t
Starten met paragraaf 4, meervouden op -en en s

Slide 2 - Slide

Doelen
- je kunt vertellen wat meervouden zijn
- je kunt meervouden herkennen
- je kunt woorden van enkelvoud omzetten naar meervouden op -en en -s

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Pak de theorie voor je op blz. 228

Slide 5 - Slide

Meervouden: even opfrissen

Slide 6 - Slide

Noteer het meervoud van:
konijn

Slide 7 - Open question

Noteer het meervoud van:
stip

Slide 8 - Open question

Noteer het meervoud van:
druif

Slide 9 - Open question

Noteer het meervoud van:
vis

Slide 10 - Open question

Noteer het meervoud van:
echo

Slide 11 - Open question

Noteer het meervoud van:
letter

Slide 12 - Open question

Noteer het meervoud van:
appel

Slide 13 - Open question

Noteer het meervoud van:
mango

Slide 14 - Open question

Aan de slag
  • Wat: Spelling, paragraaf 4, blz. 228/229, maak de opdrachten 1, 2 en 3.
  • Hoe: Je gaat vijf minuten zelfstandig aan het werk, daarna mag je fluisterend overleggen. 
  • Hulp: Je docent loopt langs voor hulp
  • Tijd: Je hebt 10 minuten de tijd.
  • Klaar: Vraag het antwoordboekje, controleer én verbeter je antwoorden.
  • Niet af: Dan is de rest huiswerk. 
timer
5:00

Slide 15 - Slide

Aan de slag
  • Wat: Spelling, paragraaf 4, blz. 228/229, controleer de opdrachten 1, 2 en 3
  • Wat 2: Maak de rest van het hoofdstuk.
  • Hoe: Je gaat vijf minuten zelfstandig aan het werk, daarna mag je fluisterend overleggen. 
  • Hulp: Je docent loopt langs voor hulp
  • Tijd: Je hebt 10 minuten de tijd.
  • Klaar: Vraag het antwoordboekje, controleer én verbeter je antwoorden.
  • Niet af: Dan is de rest huiswerk. 
timer
5:00

Slide 16 - Slide

Verkleinwoorden
Doel: Je leert verkleinwoorden goed te spellen

Vandaag:
Afronden paragraaf 4 over meervouden
Start paragraaf 5 over verkleinwoorden

Slide 17 - Slide

Verkleinwoorden
Theorie

Slide 18 - Slide

Aan de slag
  • Wat: Spelling, paragraaf 4, blz. 228/229, controleer de opdrachten 4 t/m 7
  • Spelling, paragraaf 5, blz. 230/231, maak opdracht 1 t/m 3, gebruik de theorie erbij.
  • Hoe: Je gaat vijf minuten zelfstandig aan het werk, daarna mag je fluisterend overleggen. 
  • Hulp: Je docent loopt langs voor hulp
  • Tijd: Je hebt 10 minuten de tijd.
  • Klaar: Vraag het antwoordboekje, controleer én verbeter je antwoorden.
  • Niet af: Dan is de rest huiswerk. 
timer
5:00

Slide 19 - Slide

Huiswerk
Spelling, paragraaf 5, blz. 230/231, lees de theorie en maak opdracht 1 t/m 3

Slide 20 - Slide

Aan de slag
  • Wat: Spelling, paragraaf 5, blz. 230/231, controleer de opdrachten 1 t/m 3
  • Daarna, maak opdracht 4 t/m 8, gebruik de theorie erbij.
  • Hoe: Je gaat vijf minuten zelfstandig aan het werk, daarna mag je fluisterend overleggen. 
  • Hulp: Je docent loopt langs voor hulp
  • Tijd: Je hebt 15 minuten de tijd.
  • Klaar: Vraag het antwoordboekje, controleer én verbeter je antwoorden.
  • Niet af: Dan is de rest huiswerk. 
timer
5:00

Slide 21 - Slide

Doelen
- je kunt vertellen wat meervouden zijn
- je kunt meervouden herkennen
- je kunt woorden van enkelvoud omzetten naar meervouden op -en en -s

Slide 22 - Slide

Extra opdracht
Ben je al klaar met alle opdrachten en wil je graag nog oefenen? Zet de timer aan en schrijf zoveel mogelijk meervouden op -en en -s op. Hoeveel heb jij er? 
timer
1:00

Slide 23 - Slide

Einde van deze les
Controleer of je alles hebt gemaakt, nagekeken en verbeterd.

Slide 24 - Slide