§ 9 Autotroof en Hetrotroof § 10 De energiestroom in een ecosysteem

Programma

uitleg  - energiestromen in een ecosysteem


oefenen voor de toets

1 / 10
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolVoortgezet speciaal onderwijshavoLeerroute HLeerjaar 2,3

This lesson contains 10 slides, with text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Programma

uitleg  - energiestromen in een ecosysteem


oefenen voor de toets

Slide 1 - Slide

Ecologie
bs 2.7  De energiestroom in een ecosysteem

Slide 2 - Slide

leerdoel
6.7.15 Je kunt de energiestroom in een ecosysteem beschrijven.

 

In planten vindt fotosynthese plaats doordat planten bladgroen hebben. Bij de fotosynthese wordt uit koolstofdioxide en water een energierijke stof (glucose) gemaakt.

Slide 3 - Slide

autotroof en heterotroof
  • autotroof betekent zelfvoedend, kan uit anorganische moleculen organische moleculen maken

  • heterotroof betekent dat een ander nodig is om organische stof te krijgen, moet dus organische stoffen opnemen

Slide 4 - Slide

producent: autotroof (plant)
consumenten : heterotroof (dier)

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Slide 7 - Video

Energiestroom in een ecosysteem

  • De verschillende schakels van een voedselketen noemt men trofische niveaus.
  • Producenten zijn het eerste trofische niveau, consumenten 1e orde het tweede trofische niveau, etc.

  • Als organismen opgegeten worden, worden hun energierijke stoffen doorgegeven aan het volgende trofische niveau.

Slide 8 - Slide

Energie gaat verloren

  • Elk organisme verbruikt energie
  • Energie komt vrij als warmte en verlaat het organisme
  •  Elke trofische schakel bevat minder organisme

Slide 9 - Slide