H20 Product en prijs

H20 Product en prijs 
1 / 42
next
Slide 1: Slide
BedrijfseconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 42 slides, with interactive quiz, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

H20 Product en prijs 

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
  • Je kunt de verschillende productkenmerken noemen
  • Je kunt verschillende soorten merken noemen

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Het marketing plan
Marktonderzoek 
  • Trends en ontwikkelingen 
  • Doelgroep
  • Marktgrootte 
  • Concurrentieanalyse
Positioneren
  • Top of mind worden bij doelgroep
  • Positioneren ten opzichte van concurrentie 
  • Klantwaardepropositie is de korte krachtige boodschap die daarbij hoort
Marketingmix 
  • Combinatie van marketinginstrumenten voor de marketingstrategie
  • 4 P's:
    Product, plaats, prijs en promotie
  • Dienen op elkaar afgestemd te worden.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Product; twee onderdelen 
Het fysieke product 




Materiële eigenschappen
  • Afmetingen, kleur, grondstoffen
  • Functie
  • Verpakking
  • Merknaam (woord en beeld) 
  • Service en garantie 

Waarde voor de consument 




Immateriële eigenschappen
  • Alle waarde of voordelen voor de consument (emotioneel, functioneel, economisch) 
  • De waarde voor de consument komt tot uitdrukking in de klantwaardepropositie

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Kwaliteit  
Goed of slecht? 

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Kwaliteit  
Subjectief: afhankelijk van eisen en oordeel klant
Objectief: vergelijkende warenonderzoeken door bijv. consumentenorganisaties 

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Vormgeving 




Functioneel of belangrijk voor succes? 

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Verpakking 




Functionele en commerciële aspecten

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Garantie en service  
Service: voor, tijdens en na aankoop
Garantie: na aankoop - Wet Productaansprakelijkheid 

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Assortimentgrootte 
Breedte en diepte van het assortiment


Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag!
Maken opgave 20.1 tot en met 20.3 (15 minuten)
Daarna gaan we de opgave bespreken.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Video

This item has no instructions

gebruik van lettertype
Merk
Merkuiterlijk is combinatie van logo

typografie 

en kleur    
woord- en  beeldmerk 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Verschillende soorten merken
A-merk                           B-merk                               



Huismerk                      
 

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

A-merk
Bekend merk dat goed bekend staat waarvoor klant meer wil betalen. Vaak landelijke reclame. Te koop op veel plaatsen. Groot marktaandeel.
B-merk
Iets minder bekend dan A-merk, iets goedkoper en niet overal te koop.
Paraplumerk: alle producten onder één naam. Kan zowel A- als B-merk zijn. Voorbeeld: Philips, Calvé, Samsung

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Private label:
Een fabrikant maakt een product in opdracht van bijv. een winkelketen. Opdrachtgever kiest merknaam. Het zijn vaak B-merken maar kunnen door een A-producent worden geproduceerd. 

Voorbeeld: G'woon voor o.a. supermarkten Vomar en Boni.

Huismerk: producten die onder de naam v.d. detaillist worden aangeboden. Grote supermarktketens vaak. Kan ook paraplumerk zijn.
vb: AH Basis, Bijenkorf Huisselectie 

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag!
Maken opgave 20.4 en 20.5 (10 minuten, daarna bespreken)

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Slide 24 - Link

This item has no instructions

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

--------------

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Productlevenscyclus 
a. Leg uit waarom sommige producenten in de introductiefase kiezen voor een hoge prijs, terwijl andere producenten juist kiezen voor een lage prijs.

    b. Noem twee redenen waarom in de groeifase het aantal producenten stijgt. Verklaar je antwoord.

    c. Leg uit waarom in de volwassenheidsfase het aantal productvarianten stijgt.

    d. Leg uit waarom na de volwassenheidsfase het aantal afnemers gaat dalen.



    Slide 29 - Slide

    Benoem 3 factoren waarvan de levenscyclus van een product afhankelijk van is. (22.6 A) 
    Hoe ontwikkelt de winst zich tijdens de levenscyclus van een product (22.6 C) 
    Productlevenscyclus 
    a. Leg uit waarom sommige producenten in de introductiefase kiezen voor een hoge prijs, terwijl andere producenten juist kiezen voor een lage prijs.

     b. Noem twee redenen waarom in de groeifase het aantal producenten stijgt. Verklaar je antwoord.

    c. Leg uit waarom in de volwassenheidsfase het aantal productvarianten stijgt.

    d. Leg uit waarom na de volwassenheidsfase het aantal afnemers gaat dalen.



    antwoorden

    Slide 30 - Slide

    This item has no instructions

    Aan de slag!
    Opgave 22.8 maken

    Slide 31 - Slide

    This item has no instructions

    Streamingdiensten          E-bikes              Wachtwoordkluis         Dieselauto

    Slide 32 - Drag question

    This item has no instructions

    Prijsbepaling - thuis bekijken 
    12:30 min

    Slide 33 - Slide

    This item has no instructions

    paragraaf 20.3 Prijsbeleid

    Slide 34 - Slide

    This item has no instructions

    Slide 35 - Video

    This item has no instructions

    Prijsbepaling 
    • Kostengeoriënteerd: kostprijs + winstopslag 
    • Concurrentiegeoriënteerd: wat rekent de concurrent?
    • Vraaggeoriënteerd: hoeveel wil de consument betalen?     
    • Penetratiepolitiek of afroompolitiek 
    • Psychologische prijzen 
    • Prijskortingen 

    Slide 36 - Slide

    This item has no instructions

    Prijsbepaling 
    • Kostengeoriënteerd: kostprijs + winstopslag 
    • Concurrentiegeoriënteerd: wat rekent de concurrent?
    • Vraaggeoriënteerd: hoeveel wil de consument betalen?     
    • Penetratiepolitiek of afroompolitiek 
    • Psychologische prijzen 
    • Prijskortingen 
    Penetratie- en afroompolitiek zijn de belangrijkste begrippen; wanneer kun je welke politiek het beste inzetten? 

    Slide 37 - Slide

    This item has no instructions

    Voorbeeld penetratiepolitiek
    Voor een nieuw product een hele lage prijs vragen zodat meteen een groot marktaandeel wordt verworven. 
    Concurrentie wordt uit de markt gedrukt of blijft weg

    Slide 38 - Slide

    This item has no instructions

    Voorbeeld afroompolitiek
    Voor een nieuw product eerst een hoge prijs vragen en die vervolgens stapsgewijs verlagen. 

    Twee belangrijke voorwaarden: 
    - weinig of geen concurrentie 
    - bij elke prijs moet er voldoende vraag zijn

    Slide 39 - Slide

    This item has no instructions

    Aan de slag!

    Opgave 20.7 t/m 20.8 maken

    Slide 40 - Slide

    This item has no instructions

    Maak opgave 22.10
    Eerder klaar? Lees van hoofdstuk 22 pagina 21 t/m 24 en start daarna aan de Zelftoets over Hoofdstuk 22. 

    Slide 41 - Slide

    This item has no instructions

    Slide 42 - Slide

    This item has no instructions