nask les6

Welkom bij Nask
1 / 25
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 25 slides, with text slides.

Items in this lesson

Welkom bij Nask

Slide 1 - Slide

Klas binnenkomen
  • Ga volgens de plattegrond op je plaats zitten.
  • Leg je boek en schrift op tafel.
  • De laptop blijft in de tas        
  • Aandacht voor de docent

Slide 2 - Slide

Tijdens de les
  • Doe actief mee     
  • Bij vragen eerst je vinger opsteken          
  • Als de docent praat, moet je stil zijn.
  • niet eten (ook geen kauwgom)

Slide 3 - Slide

Nask Les 6
Lesplanning
  • Huiswerk bespreken (H2 p3) en studiewijzer
  • Terugblik op vorige les 
  • Proef 5 onderdompelmethode
  • Dichtheid
  • Huiswerk-afsluiting


Slide 4 - Slide

Leerdoelen 2.3 - 2.4
2.3.5 Je kunt het volume van een voorwerp met een onregelmatige vorm bepalen.
2.4.1 Je kunt uitleggen wat de dichtheid van een stof is.
2.3.3 Je kunt uitleggen waarom dichtheid een stofeigenschap is.
2.3.4 Je kunt de dichtheid van een stof berekenen.

Slide 5 - Slide

lengte
breedte
hoogte
Volume=

Slide 6 - Slide

pi
straal
hoogte
het volume van cilinder

Slide 7 - Slide

Het volume van een balk

Slide 8 - Slide





Gegevens + gevraagd
  • l = 5,0 cm
  • b = 1,0 cm
  • h = 2,0 cm
  • V = ?




Uitwerking
  • V = l ∙ b ∙ h
  • V = 5,0 ∙ 1,0 ∙ 2,0
  • V = 10 cm3

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

V = π     h
V = π x 1,5 x1,5 x 5
V = 35,33 cm3
 
 

r2

Slide 11 - Slide

De onderdompelmethode 

Slide 12 - Slide

-Bepaal met behulp van de tekeningen het volume van de steen.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Paragraaf 2.4
Hieronder zie je 2 stoffen. 1 daarvan is goud, maar welke?

Slide 15 - Slide

Dichtheid
Dichtheid:
geeft aan wat de stof per volume weegt. (g/cm3)
                 

Slide 16 - Slide

Dichtheid is massa in gram van 1 cm3
Grootheid is dichtheid
Eenheid is g/cm3

Slide 17 - Slide

Dichtheid van enkele stoffen

Slide 18 - Slide

Massa = Volume * Dichtheid
Dichtheid = Massa / Volume
Volume = Massa / Dichtheid

Slide 19 - Slide

Dichtheid
In dit voorbeeld is het volume met 3 cm³, dus V = 3 cm³

De sleutel is op een weegschaal gelegd, daaruit blijkt dat m = 18 g

De dichtheid bereken je met ρ = m / V
dus ρ = 18 / 3 
ρ = 6 g / cm³

Slide 20 - Slide

Dichtheid 

Slide 21 - Slide

Welk woord weg?

1-massa
2-kilogram
3-weegschaal
4-kubieke centimeter
5-gram

Slide 22 - Slide

Welk woord weg?
1-  lengte x breedte x hoogte
2-  V
3-  ton
4-  liter
5-   kubieke meter

Slide 23 - Slide

Welk woord weg?




1-cilinder
2-regelmatig voorwerp
3-volume
4-liter
5-weegschaal

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide