Reading strategies

• Engels
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 3

Reading

Reading strategies

What reading strategies do you know?

Is het handig om tijdens een leestoets bij iedere vraag de hele tekst te lezen?

1. Ja
2. Nee

Reading strategies:

Exploring a text = Read everything that is standing out e.g. titles, subheadings, pictures, lists, diagrams, different fonts -> to  find out topic of the text. 

Reading globally = 

      - Read title and subheadings

      - introduction

      -conclusion

      - ELZA: eerste en laatste zin alinea

Scanning = looking for specific information e.g. names, dates, numbers etc. 

Reading intently = read everything carefully. Look up difficult words

Soorten leestechnieken:

Uitstekende delen: titel, kopjes, ander lettertype, plaatjes, inzetjes (om onderwerp te achterhalen ivm ophalen voorkennis)
Globaal lezen (reading globally) = oppervlakkig, achterhaal je alleen belangrijkste info => tekstsoort

    Lees titel + tussenkopjes

    Lees inleiding en slot

    ELZA: Lees eerste en laatste zin iedere alinea

    Opsomming

Scannend lezen: op zoek naar specifiek woord of woordgroep (om vragen te beantwoorden)

Intensief lezen: heel secuur de gehele tekst lezen. (voor vragen noodzakelijk)

• Zoek belangrijkste woorden/zin in iedere alinea
  
• Onderstreep structuur aanwijzende woorden (First of all…, secondly…, which was followed by… , referening to, previously mentioned…, another…,
  
• let op de schrijfwijze van de naam (lang/kort) en logische volgorde van de tekstopbouw

Zoek betekenis belangrijke woorden op

Reading globally

Reading intently

Scanning

Je moet voor een opdracht bepaalde informatie uit een tekst halen.

Je leest de vragen van een proefwerk of examen.

Je wilt weten welke informatie je in grote lijnen in welke alinea kan vinden

In een folder van een reisbureau kijken naar mogelijke vakantiebestemmingen in Europa.​

1. Zoekend
2. Globaal
3. Intensief

In een boek over Europa informatie vinden over de oprichting van de Europese Unie.

1. Zoekend
2. Globaal
3. Intensief

Step-by-step plan

1.  Exploring a text -> What is it about?

1A. DO NOT READ THE ENTIRE TEXT! 

2. Read the question: Do you have to be in a specific paragraph? 

3. What kind of question is it? 

Kind of questions

- Multiple choice question

- Open question

- Gap question

- Statement question

What question is the most difficult?

Multiple choice

Step-by-step

1. Read the question. Not the answers! Any useful information? 

2. In the example you can see that you have to look at paragraph 1. Read paragraph 1, nothing more! Mark signal words.

3. Try to answer the question for yourself,

4, Now read the answers. 

5. Which ones are nonsense?  Cross them through.

6. Choose your answer

Signal words:

 

• Reden / Oorzaak    (As-because-for-since)
  

• Tegenstelling        (although – besides – but – however- still - yet)
• Doel            (in order to – so that – to)
• Voorwaarde        (if (only) – provided – unless)
• Tijd            (after–as–before–meanwhile–once –since,)
• Gevolg            (after all-as a result-consequently-)
• Uitbreiding        (and–besides-too-also-even-in addition,)
• Vergelijking     (as well as-for example-likewise-similarly,)

Signaal woorden uit je hoofd leren en hun betekenis en doel = beter tekstbegrip.

(zie tekst 6 pagina 9 vraag 10 en 14)

How does the writer introduce the phenomenon ''Slow TV'' in paragraph 1? By describing what it is and...

1. explaining why so many people like it.
2. Giving examples that prove its popularity.
3. Persuading readers to also watch it.
4. Stressing that it is an innovative programme.

Explanation

1. Signal words: The first instance, its sequel, since then, and. 

A vraagt om een explanation (reden/oorzaak) maar er staat nergens because, as, for etc. A valt dus af.

C gaat over persuading (overtuigen). Er staat nergens aan overtuiging. C valt af.

D gaat over een innovative programme. Ook dat is niet te vinden in de tekst. D valt at

How did Alexander Beck become a model?
A scout approached him...

1. after having watched Alexander working in a restaurant.
2. after he had seen Alexander walking in the streets.
3. when Alexander paraded around in fashion hotspots.
4. when he had seen snapshots Alexander had sent to an agency.

Explanation

1. Signaal woord: When 

Answer A involves a restaurant. Restaurant is not mentioned.

Answer C involves fashion hotspots. Fashion hospots aren't mentioned.

Answer D mentions snapshots. Snapshots haven't been mentioned.