Par.5 Eigen baas of samenwerken?

Wat gaan we doen?
  1. Uitleg 4.5 
  2. Filmpje: Zondag met Lubach: Eurokloof
  3. Oefentoetsapp downloaden
  4. Maken par.5
  5. Afsluiten
1 / 12
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 12 slides, with text slides and 1 video.

Items in this lesson

Wat gaan we doen?
  1. Uitleg 4.5 
  2. Filmpje: Zondag met Lubach: Eurokloof
  3. Oefentoetsapp downloaden
  4. Maken par.5
  5. Afsluiten

Slide 1 - Slide

Kritiek op de NAVO en de VN
VN: Grote landen hebben vetorecht en houden zo beslissingen tegen. 
NAVO: VS vindt dat Europa te weinig bijdraagt in de kosten, daarbij houden niet alle landen zich aan gemaakte afspraken. 

Slide 2 - Slide

Wie heeft de macht?
Binnen de Europese Unie willen landen ook graag zelf hun soevereiniteit bewaren; de mate waarin een land zelf beslist over de wetten en regels van het land.

Slide 3 - Slide

Nadelen van de EU
  1. Een land heeft minder soevereiniteit (daarom ook de Brexit).
  2. Rijke landen betalen mee aan de opbouw van armere landen.
  3. Als het ergens anders economisch slecht gaat merken wij dat.
  4. Werklozen uit andere landen komen in landen waar werk is werken.
  5. Er is een democratisch tekort: de invloed van de burgers is niet zo groot. 

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Kernbegrippen bij maatschappijleer
Bij maatschappijleer worden een aantal begrippen steeds gebruikt:
  • waarden en normen
  • belangen
  • macht

Slide 6 - Slide

Waarden en normen
Waarden: principes die je belangrijk vindt in het leven.
  • Vrijheid, gezondheid, eerlijkheid, gezelligheid.
Normen: De regels over hoe jij en anderen zich moeten gedragen.
  • niet discrimineren, elke dag je tanden poetsen.

Slide 7 - Slide

Belangen
Met belang bedoelen we het voordeel dat je ergens bij hebt.
  • Wij hebben belang bij goede ventilatie in een lokaal.

Belangentegenstellig: het ene belang botst met een ander belang.
  • Ik wil graag goede ventilatie, iemand die het koud heeft wil de ramen dicht. 

Slide 8 - Slide

Macht
Macht: de mogelijkheid om het (denk)gedrag van anderen te beïnvloeden. 

Machtsmiddelen:
-je functie, je kennis en vaardigheden, je aanzien en status, je overtuigingskracht, hoeveelheid geld, aantal mensen, media techniek, toegang tot invloedrijke personen, gebruik van geweld. 

Slide 9 - Slide

Kenmerken MA Analyse
  1. Het is een probleem waar veel mensen last van hebben.
  2. Mensen hebben verschillende meningen over de oplossing van het probleem.
  3. Het probleem krijgt veel aandacht in de media.
  4. De politiek bemoeit zich met de oplossing. 

Slide 10 - Slide

Download de oefentoets app!
Gebruik de QR-code in je boek of zoek in de play/apple store en maak de vragen van H4.

Slide 11 - Slide

Aan de slag
P.5 opdracht 1 t/m 6 + 9 en 10 (blz 77/79 in je werkboek)

Slide 12 - Slide