This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Thema 2 Voortplanting en seksualiteit
B8 Erfelijkheidsonderzoek
Slide 1 - Slide
leerdoel
Paragraaf 8 : Erfelijkheidsonderzoek
2.8.1 Je kunt situaties noemen waarin het verstandig is genetisch advies in te winnen
2.8.2 Je kunt methoden van prenataal onderzoek beschrijven
Slide 2 - Slide
Inleiding
De meeste kinderen worden gezond geboren. Helaas zijn er ook kinderen met een aangeboren ziekte of aangeboren afwijking. Sommige daarvan zijn erfelijk.
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Video
Genetisch advies
Erfelijkheidsonderzoeker onderzoekt de chromosomen van iemand.
Wat kan hij daaraan zien?
Of het DNA informatie heeft voor een erfelijke ziekte
Slide 5 - Slide
Drager
Sommige mensen zijn zelf niet ziek, maar kunnen wel een ziekte doorgeven.
Hoe kan dit?
Chromosomen hebben de erfelijke informatie voor een ziekte
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Genetisch advies
Als iemand in de familie drager is, is het verstandig om genetisch advies in te winnen.
Waarom?
Weten hoe groot de kans is dat je kinderen krijgt met de erfelijke ziekte of erfelijke afwijking.
Ook als de vrouw al enkele keren een miskraam heeft gehad, is het verstandig genetisch advies in te winnen.
Slide 8 - Slide
Prenataal onderzoek
Bij embryo’s en foetussen kan ook erfelijkheidsonderzoek worden gedaan. Hiermee kun je al vóór de geboorte van een kind ziekten en/of afwijkingen vinden.
echoscopie
NIPT (niet-invasieve prenatale test)
vlokkentest
vruchtwaterpunctie
Slide 9 - Slide
Echoscopie
Slide 10 - Slide
Echoscopie
Echoscopie
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Video
NIPT test
Bloedafname bij moeder
- Grootste deel van bloed bevat DNA moeder
- Klein deel DNA baby
Door bloedonderzoek wordt het DNA van de baby onderzocht op chromosoomafwijkingen.
Mogelijk vanaf de 11 week van de zwangerschap.
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Video
Vlokkentest
Er wordt weefsel uit de placenta gehaald.
De chromosomen van de cellen worden onderzocht.
VB taaislijmziekte
Slide 15 - Slide
Vruchtwaterpunctie
Er wordt vruchtwater met cellen van het kind uit de baarmoeder gehaald.
De chromosomen van deze cellen worden onderzocht
Slide 16 - Slide
Vlokkentest en vruchtwaterpunctie
Kans op miskraam is in beide gevallen groter en wordt dus alleen gedaan als er een medische reden is:
Uit de NIPT blijkt dat er een verhoogde kans is op een erfelijke ziekte
Vrouw heeft enkele malen een miskraam gehad
Erfelijke ziekte in familie
Slide 17 - Slide
Erfelijkheidsonderzoek kan al voor de geboorte worden getest.
A
juist
B
onjuist
Slide 18 - Quiz
Bij welk erfelijkheidsonderzoek kun je het geslacht van het kind bepalen?
A
Alleen bij de echoscopie
B
Bij de vlokkentest en de vruchtwaterpunctie
C
Bij de echoscopie en de NIPT test
D
Bij de echoscopie, de vlokkentest, de vruchtwaterpunctie en de NIPT- test
Slide 19 - Quiz
In de afbeelding zie je een vorm van erfelijkheidsonderzoek.
Wat zie je?
A
een NIPT test
B
een vlokkentest
C
een vruchtwaterpunctie
D
Hier telt men bacteriën
Slide 20 - Quiz
Bij welk erfelijkheidsonderzoek kun je het erfelijk materiaal van het ongeboren kind NIET onderzoeken?
A
Echoscopie
B
Vruchtwaterpunctie
C
Vlokkentest
D
NIPT- test
Slide 21 - Quiz
Wanneer is iemand drager van een gen die een ziekte veroorzaakt?
timer
0:40
A
Als die persoon de ziekte heeft.
B
Als die persoon het gen voor de ziekte heeft, maar pas op latere leeftijd ziek wordt.
C
Als die persoon het gen voor de ziekte heeft, maar de ziekte niet tot uiting komt.
Slide 22 - Quiz
Opdrachten maken
Werkboek
Opdracht 1 t/m 3
BLZ 137-138
Schrift
Opdracht 4 t/m 8
BLZ 138-141
Niet af? Huiswerk!
timer
15:00
Slide 23 - Slide
Bij een vlokkentest wordt weefsel uit de placenta weggehaald.
A
juist
B
onjuist
Slide 24 - Quiz
Hier zie je
A
de vlokkentest
B
postnataal onderzoek
C
vruchtwater-punctie
D
NIPT-test
Slide 25 - Quiz
Erfelijkheidsonderzoek kan al voor de geboorte worden getest.
A
juist
B
onjuist
Slide 26 - Quiz
In de afbeelding zie je een vorm van erfelijkheidsonderzoek.
Wat zie je?
A
een NIPT test
B
een vlokkentest
C
een vruchtwaterpunctie
D
Hier telt men bacteriën
Slide 27 - Quiz
Bij welk erfelijkheidsonderzoek kun je het erfelijk materiaal van het ongeboren kind NIET onderzoeken?
A
Echoscopie
B
Vruchtwaterpunctie
C
Vlokkentest
D
NIPT- test
Slide 28 - Quiz
Wanneer is iemand drager van een gen die een ziekte veroorzaakt?
timer
0:40
A
Als die persoon de ziekte heeft.
B
Als die persoon het gen voor de ziekte heeft, maar pas op latere leeftijd ziek wordt.
C
Als die persoon het gen voor de ziekte heeft, maar de ziekte niet tot uiting komt.