This lesson contains 13 slides, with text slides and 2 videos.
Items in this lesson
Thema 2 - Voortplanting en seksualiteit
2.4 - Bevruchting en zwangerschap
Slide 1 - Slide
Genetisch advies
Erfelijkheidsonderzoekeronderzoekt de chromosomen van iemand.
Wat kan hij daaraan zien?
Of het DNA informatie heeft voor een erfelijke ziekte
Slide 2 - Slide
Drager
Sommige mensen zijn zelf niet ziek, maar kunnen wel een ziekte doorgeven aan hun kinderen
Hoe kan dit?
Chromosomen hebben de erfelijke informatie voor een ziekte
Slide 3 - Slide
Genetisch advies
Als iemand in de familie drager is, is het verstandig om genetisch advies in te winnen.
Waarom?
Weten hoe groot de kans is dat je kinderen krijgt met de erfelijke ziekte of erfelijke afwijking.
Ook als de vrouw al enkele keren een miskraam heeft gehad, is het verstandig genetisch advies in te winnen.
Slide 4 - Slide
Prenataal onderzoek
Bij embryo’s en foetussen kan ook erfelijkheidsonderzoek worden gedaan. Hiermee kun je al vóór de geboorte van een kind ziekten en/of afwijkingen vinden.
echoscopie
NIPT (niet-invasieve prenatale test), zonder apparatuur
vlokkentest
vruchtwaterpunctie
Slide 5 - Slide
Echoscopie
Slide 6 - Slide
Echoscopie
Echoscopie
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Video
NIPT test
Bloedafname bij moeder
- Grootste deel van bloed bevat DNA moeder
- Klein deel bevat DNA baby
Door bloedonderzoek wordt het DNA van de baby onderzocht op chromosoomafwijkingen.
Mogelijk vanaf de 11 week van de zwangerschap.
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Video
Vlokkentest
Er wordt weefsel uit de placenta gehaald.
De chromosomen van de cellen worden onderzocht.
VB taaislijmziekte
Slide 11 - Slide
Vruchtwaterpunctie
Er wordt vruchtwater met cellen van het kind uit de baarmoeder gehaald.
De chromosomen van deze cellen worden onderzocht
Slide 12 - Slide
Vlokkentest en vruchtwaterpunctie
Kans op miskraam is in beide gevallen groter en wordt dus alleen gedaan als er een medische reden is:
Uit de NIPT blijkt dat er een verhoogde kans is op een erfelijke ziekte