NN2 Blok 3 H3 woordenschat: voorvoegsels: les 2

1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmboLeerjaar 2

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide


Ik zit klaar voor de les:

  • Mijn spullen liggen op tafel (boek, pen, papier, laptop).
  • Mijn telefoon is in de telefoontas.
  • Mijn jas hangt aan de stoel
  • Ik heb geen pet of capuchon op.
  • Ik heb geen eten of drinken meer bij mij.

Slide 2 - Slide


Terugblik:

De vorige les ging over voorvoegsels

Slide 3 - Slide

noem 2 veel voorkomende voorvoegsels

Slide 4 - Mind map

Voorvoegsels
Sommige woorden bestaan uit een woord en een voorvoegsel. 
Bijvoorbeeld: De heropening van de winkel was een succes. 
Her betekent opnieuw. 
Heropenen is dus opnieuw openen.
Een voorvoegsel kan je helpen de betekenis van het woord te vinden.

Voorvoegsels die veel voorkomen, zijn:
non- = niet, zonder
on- = niet
mis- = verkeerd, fout
wan- = slecht, verkeerd
her- = weer, opnieuw
ex- = niet meer, van vroeger
inter- = tussen (twee of meer gebieden)

Slide 5 - Slide


Deze les:
  • Nakijken huiswerk
  • Herhaling instructie
  • Zelfstandig aan de slag

Slide 6 - Slide

Wat betekent de uitdrukking:
heeft de smaak te pakken
A
Yunnes kan het niet laten, hij zal nog vaak alles doorvertellen
B
Hij houdt erg van tennissen sinds hij op tenniskamp is geweest
C
Nieuwe webshops zie je overal tevoorschijn komen
D
Mo vindt het niet leuk om in de openlucht te slapen

Slide 7 - Quiz

Wat betekent de uitdrukking:
als paddestoelen uit de grond schieten
A
Yunnes kan het niet laten, hij zal nog vaak alles doorvertellen
B
Volgens mij heb jij grote problemen
C
Nieuwe webshops zie je overal tevoorschijn komen
D
Mo vindt het niet leuk om in de openlucht te slapen

Slide 8 - Quiz

Wat betekent de uitdrukking:
onder de blote hemel
A
Yunnes kan het niet laten, hij zal nog vaak alles doorvertellen
B
Volgens mij heb jij grote problemen
C
Nieuwe webshops zie je overal tevoorschijn komen
D
Mo vindt het niet leuk om in de openlucht te slapen

Slide 9 - Quiz

Wat betekent de uitdrukking:
ben je nog niet jarig
A
Yunnes kan het niet laten, hij zal nog vaak alles doorvertellen
B
Volgens mij heb jij grote problemen
C
Volgens mij heb jij nog iets te zeggen
D
Mo vindt het niet leuk om in de openlucht te slapen

Slide 10 - Quiz

Wat betekent de uitdrukking:
zijn mond voorbij praten
A
Yunnes kan het niet laten, hij zal nog vaak alles doorvertellen
B
Volgens mij heb jij grote problemen
C
Volgens mij heb jij nog iets te zeggen
D
Mo vindt het niet leuk om in de openlucht te slapen

Slide 11 - Quiz

Wat betekent de uitdrukking:
heb jij iets op je lever
A
Yunnes kan het niet laten, hij zal nog vaak alles doorvertellen
B
Volgens mij heb jij grote problemen
C
Volgens mij heb jij nog iets te zeggen
D
Mo vindt het niet leuk om in de openlucht te slapen

Slide 12 - Quiz

Huiswerk:

Maak opdracht 5 t/m 9
(108-109)

Slide 13 - Slide


Evaluatie:
  1. Wat was het lesdoel?
  2. Hoe ging het vandaag?
  3. Wat is het huiswerk:

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide