This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Hoera, we mogen weer....
we mogen weer naar school
Slide 1 - Slide
Regels
Ik praat niet door anderen heen
Als ik iets wil zeggen, steek ik mijn vinger op en wacht ik tot ik de beurt krijg
Ik ben respectvol in de dingen die ik doe en zeg
Ik luister goed en volg de aanwijzingen van de docent
Ik blijf van anderen en hun spullen af
Ik houd het klaslokaal schoon
Slide 2 - Slide
Begin les
Binnenkomen – rustig, niet rennen of drukken
Aan tafel gaan zitten
Spullen op tafel – boek, I-pad en rekenmachine
Mobiel in je tas - tenzij de docent anders zegt
Tas op de grond
Aandacht bij de docent – stil, met gezicht naar docent
Slide 3 - Slide
Wat is belangrijk bij economie?
Opdrachten maak je in je boek.
In je boek staat steeds eerst de vraag, daarna komt meestal een uitleg hierover. Lees dus je stukken tekst!
Bij je opdrachten en huiswerk geef je bij berekeningen ook altijd de berekening die je gemaakt hebt. Alleen het antwoord is onvoldoende en wordt afgekeurd.
Bij je opdrachten en huiswerk geef je bij open vragen waarbij een uitleg gevraagd is, altijd een uitleg in de vorm van een goed lopende zin.
Neem je rekenmachine mee naar iedere les!
Je zorgt dat je huiswerk gemaakt is of een briefje.
Stel vragen als je iets niet snapt!!!
Slide 4 - Slide
Hoofdstuk 1
§2 Inkomsten omrekenen
§3 Getallen op een rij
Slide 5 - Slide
Wat gaan we doen?
Nabespreken § 2
Uitleg § 3
Zelfstandig werken
Slide 6 - Slide
HERHALING VORIGE LES
Slide 7 - Slide
§2 opgave 7
Marly
€4,20 per week
Barbara
€20,15 per maand
Judith
€48,85 per dag
€18,20 x 12 : 52 = €4,20
€4,65 x 52 : 12. = €20,15
€1.485,85 x 12 : 36 = €48,85
Slide 8 - Slide
§2 opgave 11
A)
7 x €3,25 x 52 : 12
= €98,58
Slide 9 - Slide
§2 opgave 11
B)Johanna:
€1.450,76 x 12 : 52
= €334,79
€334,79 : 20
= €16,74 per uur
Dus Johanna heeft het hoogste uurloon.
Siebert:
€2.289,50 x 12 : 52
= €528,35
528,35 : 38
= €13,90 per uur
Slide 10 - Slide
Kies de juiste berekening
€28,76 per maand naar per jaar
A
€28,76 x 12 = €345,12
B
€28,76 x 52 = €1495
C
€28,76 x 52 : 12 =€124,63
Slide 11 - Quiz
Kies de juiste berekening
€7,50 per week naar per jaar
A
€7,50 x 12 = €90
B
€7,50 x 52 : 12 = €32,50
C
€7,50 x 52 = €390
Slide 12 - Quiz
Kies de juiste berekening
€13 per maand naar per week
A
€13 : 4 = €3,25
B
€13 x 12 : 52 = €3
C
€13 :30 = €0,43
Slide 13 - Quiz
Kies de juiste berekening
€11,70 per maand naar per week
A
€11,70 x 12 : 52 = €2,70
B
€11,70 x 12 = €140,40
C
€11,70 : 4 = €2,93
Slide 14 - Quiz
Kies de juiste berekening
€4,50 per week naar per maand
A
€4,50 x 4 = €18
B
€4,50 x 30 = €135
C
€4,50 x 52 : 12 = €19,50
Slide 15 - Quiz
§3 Getallen op een rij
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Slide
Hieronder zie je een tabel, elk rood vak heeft een benaming.
Sleep het juiste begrip op de juiste plaats
per week
per maand
per jaar
Sem
€5,25
€22,75
€273
Indra
€8,40
€36,40
€436,80
Tom
€3,60
€15,60
€187,20
Zakgeldontvangsten per periode *
* Indra is 15 jaar oud en krijgt daardoor meer zakgeld
Kolom
Rij
Titel
Toelichting
Slide 18 - Drag question
§3
Een tabel is een overzicht van gegevens in kolommen en rijen
Bij een rij gaat het om de horizontale hokjes van links naar rechts.
Bij een kolom gaat het om de verticale hokjes van boven naar beneden.
Het is erg belangrijk om de tabel goed te lezen, denk aan de titel en eventuele toelichting!