H1 Woordenschat - Stijlfiguren 1 Havo 3 - les 2

Welkom H3d
1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Welkom H3d

Slide 1 - Slide

Woordenschat h1

Stijlfiguren

Slide 2 - Slide

Vandaag
  • Huiswerkcontrole (schrift open op juiste bladzijde)
  • Bespreken huiswerk
  • Herhaling theorie
  • Quiz
  • Aan de slag

Slide 3 - Slide

huiswerkcontrole

Slide 4 - Slide

Terugblik beeldspraak
vergelijking:
Zijn buik lijkt wel een luchtballon.

metafoor:
Die clown staat weer voor de klas.
=> politici gebruiken ook vaak metaforen. Zie video.

personificatie:
Terwijl ik nadacht, staarde het lege scherm me aan.

Slide 5 - Slide

Aantrekkelijk
Een tekst kan je op verschillende manieren aantrekkelijker maken: 
  • beeldspraak (2e klas)
    (vergelijking, metafoor en personificatie)
  • (rijmende) uitdrukkingen
  • stijlfiguren (iets benadrukken)

Slide 6 - Slide

Stijlfiguren
  • Maken een tekst of verhaal aantrekkelijker
  • Gebruik je om iets te benadrukken
Lichter
Zwaarder
Extra

Slide 7 - Slide

Herhaling
Hierbij wordt er gebruik gemaakt van een herhaling van woorden om datgene wat je zegt te onderstrepen.

  • Uur na uur bleef het stil.
  • Tijdens het kamp was het macaroni en nog eens macaroni wat we kregen.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Tegenstelling



We zullen samen de strijd aangaan, niet verdeeld maar samen, niet met wapens maar met woorden, niet met haat maar met liefde.


Slide 10 - Slide

Opsomming
Zing, vecht, huil, bid, lach, werk en bewonder (uit een liedtekst van Ramses Shaffy)

Slide 11 - Slide

Drieslag (opsomming in drieën)
De naam zegt het al: er worden drie dingen opgesomd. 
Het gaat dus om een opsomming van drie woorden, zinnen of zinsdelen.

Het is een effectieve manier om je boodschap extra krachtig en overtuigend te maken. Je kan een drieslag gebruiken aan het eind, of het begin van je tekst.
Te land, ter zee en in de lucht
ziek, zwak en misselijk


Slide 12 - Slide

Climax
Dit is een opsomming die naar een hoogtepunt voert.

  • Het team ging voor brons, hoopte toen op zilver, maar heeft goud gewonnen.
  • -Je hebt goed, je hebt beter, je hebt het beste (reclame van een advocatenkantoor)
  • Hij werd kwaad, woedend, nee, witheet toen hij dat zag.


Slide 13 - Slide

Anticlimax

Bij een anticlimax neemt de kracht of de spanning juist af.

De reeks wordt steeds zwakker.

  • Vorige week zag ik een fantastische film, nou ja, hij was mooi, ach, best wel goed eigenlijk.
  • Een vriend van mij, het is meer een kennis, iemand die ik ken. Nou ja, gewoon iemand van wie ik weleens heb gehoord.


Het begrip 'anticlimax' wordt ook wel gebruikt als het einde van een verhaal, roman of film nogal teleurstellend is.







Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Slide 16 - Slide