1A + 1E Fictieles Tien Torens Diep I

Als je 
binnenkomt:


BEN IK RUSTIG LOPEND DE KLAS INGEKOMEN?
BEN IK ZONDER LAWAAI TE MAKEN DE KLAS BINNENGEKOMEN?
HEB IK MIJN TELEFOON IN DE TAS GESTOPT?
ZIT IK AAN TAFEL, LIGT MIJN BOEK, SCHRIFT, PEN OP TAFEL?
STAAT MIJN TAS NAAST ME OP DE GROND? 
BEN IK STIL AAN HET WACHTEN TOT DE LES BEGINT?  Zo ja  --> 

1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with text slides.

Items in this lesson

Als je 
binnenkomt:


BEN IK RUSTIG LOPEND DE KLAS INGEKOMEN?
BEN IK ZONDER LAWAAI TE MAKEN DE KLAS BINNENGEKOMEN?
HEB IK MIJN TELEFOON IN DE TAS GESTOPT?
ZIT IK AAN TAFEL, LIGT MIJN BOEK, SCHRIFT, PEN OP TAFEL?
STAAT MIJN TAS NAAST ME OP DE GROND? 
BEN IK STIL AAN HET WACHTEN TOT DE LES BEGINT?  Zo ja  --> 

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen vandaag:
  • Tien Torens Diep uitlezen!
  • Fictieles: aan de slag met wat je hebt gelezen
  • In groepjes werken aan opdrachten en een woordweb maken
  • De woordwebs presenteren. 

Lesdoel: na deze les kun je vertellen wat voor vragen over fictie gesteld kunnen worden. 

Slide 2 - Slide

Boek uitlezen...

Slide 3 - Slide

Fictie les Tien Torens Diep
We hebben zojuist Tien Torens Diep uitgelezen. Gefeliciteerd! Samen hebben we het hele verhaal gevolgd, de personages en de tijd waarin het zich afspeelde leren kennen. Nu stopt het, en zullen Stef, Victor en Wietske langzaam uit ons hoofd verdwijnen.
Mijn ervaring om dit boek met jullie te lezen was:


Slide 4 - Slide

1. Ik vond het heel goed en leuk om te merken dat jullie bijna allemaal graag hardop lezen. Jullie kunnen dat heel goed, en als er moeilijke woorden in voorkomen, proberen jullie ze toch goed uit te spreken. Sommigen letten echt heel goed op de toon, en lezen echt alsof ze op het podium staan. Ik vind het knap dat jullie dit durven en dat we een klas zijn waarin dit kan. Echt iedere les vind ik het fijn, als we lezen!

Slide 5 - Slide

2. Nog leuker vond ik dat woorden of gebeurtenissen in de hoofdstukken, soms leidden tot gesprekken over dingen ‘buiten’ het boek. We hebben het over ‘vleselijke gemeenschap’ gehad, ongewenste zwangerschap, de geloofsverschillen in Nederland in de jaren ’50 van de vorige eeuw. Hoewel het verhaal van Tien Torens Diep niet altijd even spannend was, denk ik dat jullie er onbewust toch het een en ander van hebben geleerd. 

Slide 6 - Slide

En dat is waarom we fictie lezen. Je leert hoe andere mensen denken en waarom, wat ze voelen, hoe dingen in het verleden in de samenleving zijn gegaan enzovoort. Dit helpt je bij het steeds een beetje beter begrijpen van de wereld.
Ook zal, hoe meer je leest, je taalgevoel verbeteren. Hoe lopen zinnen, hoe spel je woorden, wat betekenen woorden enzovoort. Kortom: we gaan ermee door!

Slide 7 - Slide

Maar nu eerst wil ik ook meer over jullie leeservaringen weten. Bovendien maken jullie een paar opdrachten, als oefening voor de fictie praktijk opdracht die jullie meteen na de kerstvakantie maken. De informatie hierover geef ik in de week voor de vakantie. 
Voor nu:

Slide 8 - Slide

SAMENWERKEN
2. Ik deel een vragenlijst uit, die jullie met elkaar beantwoorden. Daarna werken jullie de antwoorden uit in een Woordweb op een A3 vel. Tot slot presenteren 2 groepjes de woordweb. Ieder groepje krijgt andere vragen. Werk allemaal mee, laat niet een paar mensen van het groepje het werk doen. Deze opdracht lijkt op de praktijkopdracht die we na de vakantie doen, waarvoor je dan een cijfer krijgt. Oefen dus met aandacht!

Slide 9 - Slide

Vragen:
Kijk opnieuw naar hoofdstuk 2
- Welke personages komen erin voor?
- Wat maken ze mee?
- Hoe voelen ze zich? Geef 3 voorbeelden van aanwijzingen in de tekst die je vertellen hoe ze zich voelen.

Slide 10 - Slide

Hoe voelen de personages zich?
Voorbeeld; vlak onder de helft van pagina 19:

'De hele dag heeft hij rondgelopen met een vervelende knoop in zijn maag'. 


Wat vertellen deze woorden je? --> je gaat dus op zoek naar woorden of zinnen die gevoelens uitdrukken. Die zinnen zet je in het woordweb. 

Slide 11 - Slide

Voorbeeld woordweb:

Slide 12 - Slide

AAN DE SLAG
3. Vragen op de antwoorden kan je vinden door in het boek te zoeken, of soms zelf creatief na te denken. Maak het jezelf niet te makkelijk en daag jezelf uit. In principe is geen antwoord fout, maar ik kan wel zien of je je hebt ingezet om een antwoord te vinden of niet.


4. Jullie hebben hier 20 minuten de tijd voor. 
Aan de slag en zorg dat het af is. Dan kunnen we daarna 
korte presentaties doen. Ik loop rondjes om te helpen waar nodig!

timer
20:00

Slide 13 - Slide

Evaluatie
  • Wat heb je geleerd deze les?
  • Wat ging er goed?
  • Wat kan beter?
Volgende week ben ik afwezig. 
Ik zie jullie daarna! 

Slide 14 - Slide