De Past Simple: Bevestigende, Ontkennende en Vraagzinnen

De Past Simple: Bevestigende, Ontkennende en Vraagzinnen
1 / 10
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 10 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

De Past Simple: Bevestigende, Ontkennende en Vraagzinnen

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je de Past Simple toepassen in bevestigende, ontkennende en vraagzinnen.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat is de Past Simple?
De Past Simple wordt gebruikt om te praten over een actie of gebeurtenis die in het verleden is gebeurd en is afgerond.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Bevestigende zinnen
In bevestigende zinnen wordt de vorm van de Past Simple gebruikt: werkwoord + -ed (bij regelmatige werkwoorden).

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Ontkennende zinnen
In ontkennende zinnen wordt 'did not' (didn't) toegevoegd vóór het werkwoord.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Vraagzinnen
In vraagzinnen wordt 'did' vóór het onderwerp geplaatst en wordt het werkwoord in de basisvorm gebruikt.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Voorbeeldzinnen
I played soccer yesterday. (Bevestigend)
She didn't watch TV last night. (Ontkennend)
Did they go to the party? (Vraag)

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 9 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.

Slide 10 - Video

This item has no instructions