De Past Simple: Negaties en Vraagzinnen

De Past Simple: Negaties en Vraagzinnen
1 / 16
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

De Past Simple: Negaties en Vraagzinnen

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je de Past Simple toepassen in negatieve zinnen en vraagzinnen.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al over de Past Simple, negaties en het maken van vraagzinnen?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Wat is de Past Simple?
De Past Simple wordt gebruikt om over een voltooide actie in het verleden te praten.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Negaties in de Past Simple
Om een negatieve zin in de Past Simple te maken, gebruik je 'did not' (didn't) + de infinitief van het werkwoord.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Voorbeeld
I didn't go to the party last night.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Vraagzinnen in de Past Simple
Om een vraagzin in de Past Simple te maken, plaats je 'did' vóór het onderwerp en gebruik je de infinitief van het werkwoord.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Voorbeeld
Did you watch the movie last night?

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Oefening: Negaties
Schrijf de volgende zinnen om naar negatieve zinnen in de Past Simple:

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Oefening: Vraagzinnen
Maak vragen in de Past Simple met de gegeven woorden:

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Samenvatting
De Past Simple wordt gebruikt om over voltooide acties in het verleden te spreken. Negatieve zinnen worden gevormd met 'did not' (didn't) + infinitief, en vraagzinnen met 'did' + infinitief.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Quiz
Test je kennis met deze korte quiz over de Past Simple, negaties en vraagzinnen.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk
Schrijf vijf zinnen in de Past Simple, inclusief negaties en vraagzinnen.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 14 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 15 - Open question

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 16 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.