Gentiaan Week 14 3 TL

1 / 19
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Programm
Rückblick
      Lernziele

      Schreiben
      • wie schreibe ich eine E-mail?
      • Üben







                Slide 2 - Slide

                Rückblick
                Was habt ihr letztes Mal gelernt?







                Slide 3 - Slide

                Lernziele A2
                Ik kan iets over mijzelf vertellen
                Ik kan een E-mail schrijven in het Duits en gebruik hierbij de meest belangrijke regels

                Slide 4 - Slide

                Schreiben E-mail
                Welche 2 Mailarten (soorten mails) kennst du?
                • formelle E-mail
                • persönliche E-mail

                Welche Sachen sind superwichtig beim Schreiben?
                • Anrede/Gruß
                • Komma
                • Großschreibung

                Slide 5 - Slide

                Anrede

                Großschreibung

                Gruß

                Slide 6 - Slide

                Anrede

                Großschreibung

                Gruß

                Slide 7 - Slide

                Anrede

                Großschreibung

                Gruß

                Slide 8 - Slide

                Schreibe eine Reaktion

                • Regeln
                • Inhalt

                Slide 9 - Slide

                Hoe doe je?
                Ik heb zwarte haren
                • Ich habe schwarze Haare
                • Meine Haare sind schwarz
                Mijn oogkleur is groen
                • Ich habe grüne Augen
                • Meine Augen sind grün
                • Meine Augenfarbe ist grün
                Ik heb een grijze broek
                • Ich habe eine graue Hose
                • Meine Hose ist grau
                Mijn jas is rood
                • Ich habe eine rote Jacke
                • Meine Jacke ist rot
                Denk zo makkelijk mogelijk! 
                Doe wat je weet!

                Slide 10 - Slide

                Beispiel TEA
                Situatie: je hebt van Jens, een Duitse jongen uit Hannover, een mailtje gehad in het kader van uitwisseling. Hij schrijft dat hij wel van mode houdt en vertelt ook iets over zichzelf (leeftijd, woonplaats, hobby's, lievelingskleuren en kleding). Jij reageert met de volgende verplichte punten!

                Je moet je schrijfsel inleveren op Padlet!

                Slide 11 - Slide

                Reageer op het briefje
                1. Aanhef + zeg dat het goed gaat
                2. Stel jezelf voor (naam, leeftijd, woonplaats)
                3. Zeg dat je in een rijtjeshuis woont
                4. Vertel wat je hobby’s zijn
                5. Noem je oogkleur+ haarkleur 
                6. zeg dat je een/geen bril draagt (tragen + die Brille)
                7. Mijn trui is donkerrood
                8. Mijn lievelingskleur is grijs

                timer
                10:00

                Slide 12 - Slide

                Inleveren

                Lever hier de opdracht uit de les in



                Link Padlet: https://tinyurl.com/s38ya4ky


                Slide 13 - Slide

                Beispiel TEA
                Hallo,

                mir geht es gut. Ich bin Rik. Ich bin 33 Jahre alt. Ich wohne in Acquoy. Ich wohne in einem Reihenhaus. Meine Hobbys sind CrossFit und Gitarre spielen. Meine Haare sind blond und lang. Meine Augen sind grün. Ich trage keine Brille. Mein Pullover  ist dunkelrot. Meine Lieblingsfarbe ist grau

                Liebe Grüße / Viele Grüße

                Slide 14 - Slide

                Hoe doe je?
                Ik heb zwarte haren
                • Ich habe schwarze Haare
                • Meine Haare sind schwarz
                Mijn oogkleur is groen
                • Ich habe grüne Augen
                • Meine Augen sind grün
                • Meine Augenfarbe ist grün
                Ik heb een grijze broek
                • Ich habe eine graue Hose
                • Meine Hose ist grau
                Mijn jas is rood
                • Ich habe eine rote Jacke
                • Meine Jacke ist rot
                Denk zo makkelijk mogelijk! 
                Doe wat je weet!

                Slide 15 - Slide



                Was siehst du wo?

                ... steht ...
                ... hängt ...

                Slide 16 - Slide

                Dein Zimmer?
                Beschreibe deinem Nachbarn was du siehst
                Benutze Vokabeln Schritt 22 + links/rechts/in der Ecke/in der Mitte
                Beschreibe alles in ganzen Sätzen

                Slide 17 - Slide

                Slide 18 - Slide

                Aufgaben 

                  Schritt 24 (S.44)

                  • Aufgabe 3
                  • Aufgabe Stempeln, bitte.

                  Zwischenstufe Literatur (S.52+S.53)
                  • Aufgabe A+B+C



                  Slide 19 - Slide