1hv - Ch 6 - intro & A

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

BIENVENUE!

Montre-moi tes devoirs!

(ex 30, 31, 32)

B

les devoirs

1hva: mardi 9 avril, 5e uur 

1hvc: mercredi 10 avril, 2e uur

• Apprendre (= leren) bron A, page 78
• Faire (= maken) ex 5, 6, 7a (vwo: ook ster!)
• Controleer je antwoorden

• thuis max kwartier

• WAAROM echt doen? nodig voor les morgen!

Bonjour!          

le but d'aujourd'hui: 

een persoon beschrijven

Qu'est-ce qu'on va faire?

• rappel bijvoeglijk naamwoord
• schrijfopdracht
• intro Chapitre 6
• luisterfragment

Bijvoeglijk nw: wat weet je nog?

bijvoeglijk naamwoord

Functie: vertelt iets over een persoon of ding

le garçon est grand                              la fille est grande

les livres bleus     (m)                            les piscines bleues   (v)

Bijvoeglijk nw: wat weet je nog?

1. La piscine est bleu / bleue / bleus.
2. Mes amis sont grand / grande / grands.
3. Marie porte un jean noir / noire / noirs.
4. Paul est triste. Pauline est ........
5. Daniel est élégant. Daniella est ..........
6. Ma soeur est ........ (mooi).
7. Les grand-mères sont ..........(oud).

écrire

Waarom?

- ontdekken wat je nodig hebt / nog niet weet 

- voorbereiding toets schrijfvaardigheid (week 22)

écrire

• in tweetallen
• laat je blaadje niet aan elkaar zien!
• beschrijf de dader, maak hele zinnen
• wissel je beschrijving uit 
• teken de dader

Chapitre 6: Ah oui, Paris!

- de weg wijzen

- vertellen waar je woont

Luisterstrategie

voorspellen: kijk naar de titel, plaatjes

voorkennis:

- wat weet je al over dit onderwerp?

- ken je al Franse woorden over dit onderwerp?

1e keer globaal luisteren, vragen lezen

2e keer gedetailleerd luisteren, vragen beantwoorden

En route

voorspellen
waar?

wie?

voorkennis:

Wat denk je dat je in elk geval gaat horen?

En route, page 50

1. Fais ex 4a                     
   
   
2. Fais ex 4b
   
   
3. Lis ex 5a:
   waar moet je op letten?
   Écoute & fais ex 5a

En route, page 50

1. Lis ex 5b:
   waar moet je op letten?
   
   
2. Écoute de nouveau
   
   
3. Fais ex 5b
   
   

À la fin du cours:

• Stoel aanschuiven.
• Rommel? In prullenbak.

• Rustig lokaal uit.