grammatica

grammatica
Les 1 en 2
1 / 44
next
Slide 1: Slide
NederlandsISK

This lesson contains 44 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

grammatica
Les 1 en 2

Slide 1 - Slide

Samen lezen

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Wat gaan we doen?
-woordvolgorde
-Uitleg vraagzinnen en inoefening
-Eenvoudige grammatica

Slide 12 - Slide

Wie? Wat? Waar? Wanneer?
Peter leest een boek op school elke ochtend.
Wie? Peter
Wat doet hij? Leest een boek
Waar?  Op school
 Wanneer? elke ochtend

Slide 13 - Slide

Maak een goede zin
afwas ik elke dag

Slide 14 - Slide

Wat gaan we leren?
-woordvolgorde
* vraagzinnen 

Slide 15 - Slide

afwas ik elke dag
Ik was elke dag af.
Elke dag was ik af.

Slide 16 - Slide

Goede zin
Ik was elke dag af.
Elke dag was ik af.

Slide 17 - Slide

Maak een vraagzin
Ik was elke dag af.

Slide 18 - Slide

Goede zin
Ik was elke dag af.
Was ik elke dag af?

Slide 19 - Slide

Maak een goede zin
nooit opruimen thuis ik

Slide 20 - Slide

Goede zin
Ik ruim thuis nooit op.
Ik ruim nooit op thuis.

Slide 21 - Slide

Maak een vraagzin
Ik ruim thuis nooit op.

Slide 22 - Slide

Goede vraagzin
Ruim ik thuis nooit op?

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Link

Slide 25 - Video

Slide 26 - Video

Aan de slag
-maak de opdrachten met  vraagzinnen
-kijk de opdrachten ZELF na
*Extra -ga verder met de extra opdrachten
-kijk de opdrachten ZELF na
- oefenen met nt2taalmenu (magister)

Slide 27 - Slide

Aan de slag
Maak les 10,11,12 oefening 27 t/m 36
Maak les 23,24 oefening 72,73,74,75
Maak les 25,26,27,28
Maak les 29 t/m 36

Slide 28 - Slide

Eenvoudige grammatica
Les 25 (te...) Uitleg!
Les 26 (scheidbare woorden) Uitleg!
Les 27 (voltooid deelwoord)
Les 28 (voltooid deelwoord d of t)
les 29,30,31,32,33,34,35,36

Slide 29 - Slide

vergeet hij de boodschappen te betalen

Slide 30 - Slide

Correcte zin
Hij vergeet de boodschappen te betalen.

Slide 31 - Slide

liggen zij te slapen op het gras

Slide 32 - Slide

Correcte zin
Zij liggen op het gras te slapen.
Zij liggen te slapen op het gras.
Op het gras liggen zij te slapen.

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Link

Slide 35 - Link

Slide 36 - Link

Huiswerk
-Disk; grammatica online werkwoorden
grammatica; werkwoorden 2.1 t/m 2.20/25

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Link

Slide 39 - Video

Wat zijn de lidwoorden?

Slide 40 - Mind map

Zelfstandige naamwoorden(en lidwoord)

Slide 41 - Mind map

Werkwoorden

Slide 42 - Mind map

huiswerk
-maken Disk; grammatica; werkwoord 2.1 t/m 2.20
-leer de woorden (papier)

Slide 43 - Slide

Klare taal
Les 5,
Les 11,
Les 13,14,15,
Les 28

Slide 44 - Slide