Vervang 'kleuren' door een ander woord, zie je nu het verschil?
a. Tijdens zo’n vroege ochtendwandeling kleuren de wolken zo mooi.
a. Tijdens zo'n vroege ochtendwandeling staan de wolken zo prachtig.
b. De kleuren van die mooie trui staan jou prachtig!
b. De hoekjes van die mooie trui staan jou prachtig!