Kijken en luisteren H3/H4

H3. een instructie
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

H3. een instructie

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat gaan we vandaag doen?
Terugblik hoofdstuk 2
Uitleg hoofdstuk 3 + opdracht
Zelfstandig werken

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
Je weet wat een instructie is.
Je weet hoe je een instructie moet schrijven of vertellen, wat  daarbij belangrijk is.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Wat is het eerste wat je opschrijft als je aantekeningen van een gesprek maakt?

Slide 4 - Open question

This item has no instructions

Hoe schrijf je de hoofdzaken snel op?

Slide 5 - Open question

This item has no instructions

Opdracht 1a
Voor deze opdracht krijg je 3 minuten de tijd.

  • Vouw een papieren vliegtuig.
timer
3:00

Slide 6 - Slide

Geen instructie!
Opdracht 1b Vergelijken
Nu houden we allemaal ons vliegtuigje naast elkaar. Niet alle vliegtuigjes zullen gelijk zijn. 

  • Zijn alle vliegtuigjes in dezelfde 
      volgorde gevouwen?
  • Hoe kan het dat niet alle 
       vliegtuigjes gelijk zijn?


Slide 7 - Slide

Bron: www.steamcommunity.com via Google
Opdracht 1c
Nog een keer

Vouw een vliegtuigje volgens de instructie die je hiernaast ziet.

Slide 8 - Slide

Bron: https://nl.123rf.com via Google
Een instructie
  • De vliegtuigjes zijn niet allemaal gelijk, omdat er geen uitleg gegeven is over hoe en in welke volgorde je een vliegtuigje moet vouwen. Je noemt  deze uitleg een instructie.

  • Bij een instructie leg je iemand uit hoe je iets moet doen. Het is belangrijk dat je de informatie in een logische volgorde opschrijft of vertelt. 

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Instructie schrijven
Wat valt je op aan deze instructie?

 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Wat valt je op aan de instructie over het mondkapje?

Slide 11 - Open question

This item has no instructions

Gebruik doe-woorden
Instructies worden duidelijk via doe-woorden. Dit zijn werkwoorden die aangeven wat iemand moet doen. 

Verdieping:
Deze werkwoorden noemen we ook wel de 'gebiedende wijs'. We schrijven ze in de ik-vorm. Deze vorm van het werkwoord gebruik je ook bij meervoud (vb. Schil de appels en de peren!)

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Voorbeelden doe-woorden
Pak...
Ga...
Roer...
Neem...
Begin... 
Gebruik....

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Leg uit: Wat is een instructie?
Welke soort woorden we graag tegenkomen in instructies.

Slide 14 - Open question

This item has no instructions

Zelfstandig werken
Hoofdstuk 3 
Opdracht 1, 2 & 3

Slide 15 - Slide

This item has no instructions