instructie

H3. een instructie
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

H3. een instructie

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
Je weet wat een instructie is.
Je weet hoe je een instructie moet schrijven of vertellen, wat  daarbij belangrijk is.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Programma
Instructie
Oefening 1 klassikaal
Instructies bekijken
Luisteropdracht klassikaal
Oefening 2 in tweetallen
Afsluiting van de les

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Opdracht 1a
Voor deze opdracht krijg je 3 minuten de tijd.

  • Vouw een papieren vliegtuig.
timer
3:00

Slide 4 - Slide

Geen instructie!
Opdracht 1b Vergelijken
Nu houden we allemaal ons vliegtuigje voor de camera. Niet alle vliegtuigjes zullen gelijk zijn. 

  • Zijn alle vliegtuigjes in dezelfde 
      volgorde gevouwen?
  • Hoe kan het dat niet alle 
       vliegtuigjes gelijk zijn?


Slide 5 - Slide

Bron: www.steamcommunity.com via Google
Opdracht 1c
Nog een keer

Vouw een vliegtuigje volgens de instructie die je hiernaast ziet.

Slide 6 - Slide

Bron: https://nl.123rf.com via Google
Een instructie
  • De vliegtuigjes zijn niet allemaal gelijk, omdat er geen uitleg gegeven is over hoe en in welke volgorde je een vliegtuigje moet vouwen. Je noemt  deze uitleg een instructie.

  • Bij een instructie leg je iemand uit hoe je iets moet doen. Het is belangrijk dat je de informatie in een logische volgorde opschrijft of vertelt. 

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Instructie schrijven
Wat valt je op aan deze instructie?

 

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Wat valt je op aan de instructie over het mondkapje?

Slide 9 - Open question

This item has no instructions

Gebruik doe-woorden
Instructies worden duidelijk via doe-woorden. Dit zijn werkwoorden die aangeven wat iemand moet doen. 

Verdieping:
Deze werkwoorden noemen we ook wel de 'gebiedende wijs'. We schrijven ze in de ik-vorm. Deze vorm van het werkwoord gebruik je ook bij meervoud (vb. Schil de appels en de peren!)

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Voorbeelden doe-woorden
Pak...
Ga...
Roer...
Neem...
Begin... 
Gebruik....

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Voorbeelden signaalwoorden opsomming
Voorbeelden van deze signaalwoorden zijn:

 Eerst...en....daarnaast....ook.... 

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Leg uit: Wat is een instructie?
Welke soort woorden we graag tegenkomen in instructies.

Slide 13 - Open question

This item has no instructions

Zoek een gebruiksaanwijzing. 

welke doe-woorden zie je?

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Luisteroefening
Ga in je boek naar p. 73.
Bekijk opdracht 1 en lees de vragen door.
Ik laat dadelijk het filmpje zien. Jullie beantwoorden de vragen in je schrift. Daarna bespreken we de antwoorden. 

Doel van dit filmpje: het leren herkennen van doe-woorden en signaalwoorden.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Oefening 2
Ga in je boek naar p. 74.
We gaan dadelijk de startopdracht doen.
Hiervoor werken jullie in tweetallen, ik geef de groepjes zo door.
Om de beurt geef je de ander de instructie hoe ze een voorwerp moeten tekenen. Maak de tekening in je schrift.
In de chat staat hoe laat we terugkomen in de klas.

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Na deze les over instructie met doe- en signaalwoorden:
a. heb ik nog steeds geen idee wat ermee bedoeld wordt.
b. ik weet het wel ongeveer, maar wil nog wat uitleg.
c. ik begrijp het en kan verder met een opdracht 'schrijven
van een instructie'.

Slide 17 - Open question

This item has no instructions

Afsluiting
Volgende week:
Maandag: werken aan lapbook
Dinsdag: H3 instructie
Donderdag: Proeftoets en afronden H3 instructie

Slide 18 - Slide

This item has no instructions