Week 8 De wereld en ik H1A eindopdracht

• Wereldcampus
• Middelbare school
• vmbo, mavo, havo, vwo
• Leerjaar 1-3

Startklaar 1

Telefoon

• De leerlingen hebben hun telefoon thuis, in de kluis of in het Zakkie. 
• Wanneer de leerling toch de telefoon erbij pakt, volgt een eerste waarschuwing. 
• De leerling wordt in de gelegenheid gesteld zich te corrigeren en zijn/haar telefoon alsnog in het Zakkie te doen. 
• Wanneer een leerling geen Zakkie bij zich heeft, dan dient de leerling deze thuis op te halen of een nieuwe te kopen bij de balie (5 euro). 
• Wanneer een leerling weigert volgt de procedure van “eruit gestuurd”.  

Startklaar 2

De wereld en ik
Les 8

Lesplanning

- Actualiteit 
- Lesdoelen 
- Feedback huiswerk 

- Aan de slag met feedback 

- Uitleg 

- Aan de slag 
- Afsluiting 

3. Leerdoelgericht werken

De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.

LEZEN 10 min

Leesmoment

https://nos.nl/artikel/2557455-marokko-vraagt-burgers-geen-schapen-te-slachten-met-offerfeest-wegens-droogte

Lees het nieuwsbericht. 
Leg in je werkboekje uit wat dit 
bericht met Wereldcampus te maken heeft. 

Lesdoelen

- Jullie kunnen klassikale feedback ontvangen en zelf verwerken in jullie eerste hoofdstukken.

- Jullie weten wat een inleiding, conclusie en reflectie inhoudt. 

- Jullie kennen de checklist voor je werkstuk en de datum voor het inleveren. 

3. Leerdoelgericht werken

De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.

Wat is feedback??

Feedback op jullie
deelvraag hoofdstukken

Wat ging goed?

- mooie hoofd- en deelvragen! 
- goede verschillende bronnen gevonden 
- meestal goede indeling van jullie hoofdstukken
- veel van jullie waren netjes op tijd!

Checklist onderdelen in je bronnenonderzoek

Checklist onderdelen in je bronnenonderzoek: 

1. Voorpagina met titel, naam leerling, klas leerling, totaal aantal woorden, naam docent. 

2. Inhoudsopgave. 

3. Inleiding. 

4. Verschillende hoofdstukken (3). 

5. Conclusie. 

6. Korte reflectie. 

7. Bronnenlijst. 

8. Geschreven in correct Nederlands (niet door ChatGPT). 

9. Bronverwijzing in de hoofdstukken. 

10. Paginanummers. 

5. Concrete en herkenbare voorbeelden

De docent maakt gebruik van praktische en concrete voorbeelden die voor leerlingen herkenbaar zijn in hun eigen leefwereld om tot beter begrip te komen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.

Wat kan beter?

1) let op de indeling van je hoofdstukken:

     Deelvraag - "Wat is feedback?"
     Dan stukjes informatie uit bronnen opschrijven
     Dan een korte conclusie/antwoord op de deelvraag
     - "Feedback is dus .... " 

     De korte conclusie/antwoord telt max 3 regels. 

Feedback/wat kan beter?

2) achter elk stukje informatie komt bronvermelding

     

     Bijv Feedback is het geven van tips en aanwijzingen over het 
     gedrag of prestaties van een ander  (NPO Kennis). 

    

Checklist onderdelen in je bronnenonderzoek

Checklist onderdelen in je bronnenonderzoek: 

1. Voorpagina met titel, naam leerling, klas leerling, totaal aantal woorden, naam docent. 

2. Inhoudsopgave. 

3. Inleiding. 

4. Verschillende hoofdstukken (3). 

5. Conclusie. 

6. Korte reflectie. 

7. Bronnenlijst. 

8. Geschreven in correct Nederlands (niet door ChatGPT). 

9. Bronverwijzing in de hoofdstukken. 

10. Paginanummers. 

5. Concrete en herkenbare voorbeelden

De docent maakt gebruik van praktische en concrete voorbeelden die voor leerlingen herkenbaar zijn in hun eigen leefwereld om tot beter begrip te komen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.

Wat kan beter?

1) let op de indeling van je hoofdstukken:

     Deelvraag - Dan stukjes informatie uit bronnen opschrijven
     Dan een korte conclusie/antwoord op de deelvraag.

2) Achter elk stukje info moet je de bron vermelden.

4) Elk hoofdstuk telt minimaal 15 regels (heb je te weinig?

   Gebruik een extra bron, geef meer uitleg of voorbeelden)

Aan de slag

In stilte, zelfstandig werken, fluisteren, 10 minuten 

Check zelf jouw hoofdstukken op nrs. 1, 2 of 4 van de feedback, en
bedenk wat je wil wijzigen.

Steek je hand op als je vragen hebt of als je klaar bent  (docent kijkt even mee)    Na 10 min gaan we verder, de rest kun je thuis verwerken. 

8. Afsluiting

De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner.

Inleiding, Conclusie en Reflectie

2. Voorkennis activeren

Welke omschrijving van het begrip 'waarden' ken je? Kun je voorbeelden geven van waarden (bijv in jouw cultuur, op school, waarden van bekende politici).
 

De docent activeert relevante voorkennis aan de hand van een terugblik-opdracht, waarbij eventueel een beroep op de thuistalen wordt gedaan. Op deze manier biedt de docent een kapstok om nieuwe stof te verbinden aan de eerder geleerde stof en richting te geven aan het verdere verloop van de les. Tegelijkertijd worden hiermee misconcepties van leerlingen zichtbaar gemaakt, waar de docent vervolgens gericht op in kan spelen.

Stap 4: schrijven van je bronnenonderzoek ('werkstuk')

Een onderzoek bestaat uit een aantal onderdelen:

1. Inleiding: onderwerp, hoofd- en deelvragen, relevantie (= belangrijk/interessant).

2. Hoofdstukken: antwoorden op je deelvragen, steeds met bronverwijzing. 

3. Conclusie: antwoord geven op je hoofdvraag.

4. Korte reflectie (na conclusie): hoe ging het schrijven? Wat heb je nieuw geleerd. Wat
    zou je de volgende keer anders doen?

5. Bronnenlijst: lijst van gebruikte bronnen, op alfabetische volgorde. 

Totaal aantal woorden: 15 regels of meer per onderdeel/hoofdstuk.   Leerlingformat als vb.

5. Concrete en herkenbare voorbeelden

De docent maakt gebruik van praktische en concrete voorbeelden die voor leerlingen herkenbaar zijn in hun eigen leefwereld om tot beter begrip te komen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.

Inleiding, Conclusie en Reflectie

2. Voorkennis activeren

Welke omschrijving van het begrip 'waarden' ken je? Kun je voorbeelden geven van waarden (bijv in jouw cultuur, op school, waarden van bekende politici).
 

De docent activeert relevante voorkennis aan de hand van een terugblik-opdracht, waarbij eventueel een beroep op de thuistalen wordt gedaan. Op deze manier biedt de docent een kapstok om nieuwe stof te verbinden aan de eerder geleerde stof en richting te geven aan het verdere verloop van de les. Tegelijkertijd worden hiermee misconcepties van leerlingen zichtbaar gemaakt, waar de docent vervolgens gericht op in kan spelen.

Checklist onderdelen in je bronnenonderzoek

Checklist onderdelen in je bronnenonderzoek: 

1. Voorpagina met titel, naam leerling, klas leerling, totaal aantal woorden, naam docent. 

2. Inhoudsopgave. 

3. Inleiding. 

4. Verschillende hoofdstukken (3). 

5. Conclusie. 

6. Korte reflectie. 

7. Bronnenlijst. 

8. Geschreven in correct Nederlands (niet door ChatGPT). 

9. Bronverwijzing in de hoofdstukken. 

10. Paginanummers. 

5. Concrete en herkenbare voorbeelden

De docent maakt gebruik van praktische en concrete voorbeelden die voor leerlingen herkenbaar zijn in hun eigen leefwereld om tot beter begrip te komen. De docent doet hierbij een beroep op dual coding. Door het visuele en het verbale te combineren vergroot de docent de kans dat lesstof beter bij de leerlingen blijft beklijven.

Aan de slag

Werk verder aan je werkstuk. Vergeet niet de feedback. 

Steek je hand op als je vragen hebt . De rest van het werkstuk kun je thuis maken. 

Inleveren uiterlijk donderdag 13 maart om 20.00 uur (via SOM of TEAMS)

8. Afsluiting

De docent controleert in de slotfase van de les of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen het leren en het gedrag en blikt vooruit aan de hand van de JdW-planner.

Afsluiting

- Jullie kunnen klassikale feedback ontvangen en zelf verwerken in jullie eerste hoofdstukken.

- Jullie weten wat een inleiding, conclusie en reflectie inhoudt. 

- Jullie kennen de checklist voor je werkstuk en de datum voor het inleveren: donderdag 13 maart om 20.00 uur. 

3. Leerdoelgericht werken

De docent geeft het onderwerp, RTTI geformuleerde leerdoelen en de lesopbouw aan. De docent weet de leerdoelen goed te laten aansluiten bij de voorkennis en het (taal)niveau van de leerlingen. Gedurende de les wordt continu een terugkoppeling naar de leerdoelen gemaakt om de mate van beheersing te controleren.

whimsical.com