Stijlfiguren en beeldspraak

Stijlfiguren en beeldspraak
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Stijlfiguren en beeldspraak

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Vandaag:

14. Aantrekkelijk formuleren
Je leert aantrekkelijk formuleren en te bepalen of je de teksten van anderen aantrekkelijk vindt.

- huiswerk nakijken
- beeldspraak en stijlfiguren

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Beeldspraak (blz. 156)
Je omschrijft op een figuurlijke manier wat je letterlijk bedoelt. 

vergelijking met verbindingswoord
zuivere metafoor
personificatie
synesthesie
metonymia (bijvoorbeeld pars pro toto)

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Stijlfiguren (blz. 158)
Een vast vorm om nadruk te geven aan wat je wil zeggen. 

- herhalingen en opsommingen
- tegenstellingen en ontkenningen
- spot
- woordspelingen



Slide 4 - Slide

This item has no instructions

"De winter strooit zijn eerste vlokken uit."
A
vergelijkingen met verbindingswoord
B
metafoor
C
personificatie
D
synesthesie

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Het leven is een weg met kuilen en hobbels.
A
vergelijkingen
B
metafoor
C
personificatie
D
synesthesie

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Van welk stijlfiguur is hier sprake?
Michael Johnson is sneller dan een bliksemschicht
A
vergelijkingen met verbindingswoord
B
metafoor
C
personificatie
D
synesthesie

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

De zoete stilte viel over de menigte heen.
A
vergelijkingen met verbindingswoord
B
metafoor
C
personificatie
D
synesthesie

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Het koren danst op de wind.
A
vergelijkingen met verbindingswoord
B
metafoor
C
personificatie
D
synesthesie

Slide 9 - Quiz

Tot hier gekomen. Gebruik andere voorbeelden dan die uit het boek. 
Ze schreef een scherp paper.
A
vergelijkingen met verbindingswoord
B
metafoor
C
personificatie
D
synesthesie

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Voetbal is oorlog.
A
vergelijkingen
B
metafoor
C
personificatie
D
synesthesie

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Hij praat net zoals zijn vader.
A
vergelijkingen met verbindingswoord
B
metafoor
C
personificatie
D
synesthesie

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Maak opdracht 2, 3 en 5 (blz. 148).

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Schrijf een tekstje over de kerstvakantie. Maak in ieder geval gebruik van een retorische vraag,  hyperbool, climax en anafoor. 
timer
7:00

Slide 15 - Slide

This item has no instructions