This lesson contains 41 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.
Items in this lesson
Welkom!
Management
Slide 1 - Slide
Doelen van vandaag
Je uit welke onderdelen communicatie bestaat.
Je weet welke techniek je kunt toepassen om effectief te kunnen communiceren.
Je weet met welke methode je je aan kunt tonen welke kwaliteiten je beheerst
Je weet welke overlegstructuren er zijn
Slide 2 - Slide
Agenda
Herhalen kennis vorige les
Theorie & opdracht: Communicatieschema
Theorie & opdracht: Gesprekstechnieken
Theorie & opdracht: Overlegstructuren
Slide 3 - Slide
Inleveropdrachten
In deze les zitten vier inleveropdrachten verwerkt. De opdrachten gaan over 4 verschillende onderwerpen. Deze opdrachten verwerk je digitaal in het aangeleverde document van Teams en lever je gezamelijk in als 1 document via Teams.
Slide 4 - Slide
Wat weet je nog?
Slide 5 - Slide
Van welke Management by- techniek is sprake?
Als medewerkers meedenken aan het vaststellen van haalbare doelen voor zichzelf.
A
Management by autority
B
Management by walking around
C
Management by objectives
D
Management by delegation
Slide 6 - Quiz
Van welke Management by- techniek is sprake?
De manager bepaalt en de medewerkers voeren uit.
A
Management by autority
B
Management by walking around
C
Management by objectives
D
Management by delegation
Slide 7 - Quiz
In welke fase van het besluitvormingsproces bestudeer je informatie?
A
informatie verzamelen
B
analyseren
C
alternatieven formuleren
D
alternatieven afwegen
Slide 8 - Quiz
Wat weet je al?
Slide 9 - Slide
Wanneer de manager transport en logistiek beter communiceert, zijn de medewerkers tevredener en vinden ze dat de MTL beter presteert?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 10 - Quiz
Om resultaat te bereiken is goed leiderschap en goede communicatie noodzakelijk?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 11 - Quiz
Theorie Communicatieschema
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Video
uit welke drie onderdelen bestaat communicatie?
Slide 14 - Open question
Slide 15 - Slide
Inleveropdracht 1
In het werkdocument in Teams zie je de eerste opdracht over het ZBMO Model.
Deze opdracht heet: Casus Communicatie tussen koper en verkoper.
Leg het ZBMO-model uit aan de hand van dit verkoopgesprek.
Lever deze opdracht in samen met andere opdrachten via TEAMS
Slide 16 - Slide
Theorie gesprektechnieken & methoden
LSD
Directief/ Non directief, Tell and Listen/Tell and Sell, Problem solving
STARR
Slide 17 - Slide
LSD
Om effectief te communiceren is het van belang dat je luistert, samenvat en doorvraagt. In het volgende filmpje wordt LSD uitgelegd.
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Video
Slide 20 - Slide
Wat heeft LSD volgens jou te maken met effectief communiceren. Verklaar je antwoord.
Slide 21 - Open question
Slide 22 - Slide
Directief / non-directief
Directieve gesprekstechniek ==> heel sturend in je communicatie. Jij geeft aan wat er gebeurt en daar kan niet over worden gediscussieerd. Deze gesprekstechniek is prima bruikbaar als het werk volgens strenge normen of onder tijdsdruk uitgevoerd moet worden.
Non-directieve gesprekstechniek ==> er wordt gezamenlijkheid besloten wat er moet gebeuren. Je kunt deze met name gebruiken als je veel input van de ander wilt. Door deze gesprekstechniek te gebruiken, geef je de ander namelijk de ruimte om te reageren
Slide 23 - Slide
Tell and sell / Tell and listen
Tell and sell ==> Jij geeft aan wat vindt dat er moet gebeuren. Je probeert de ander hierbij te overtuigen van jouw visie en aanpak. Je doet dit in situaties waarin jij het besluit al hebt genomen en hier niet meer van afgeweken kan worden.
Tell and listen ==> Je geeft eerst je eigen mening, daarna geef je de ander de gelegenheid hierop te reageren. Deze techniek zet je in als je graag de mening van de ander meeweegt in je besluiten. Je nodigt de ander ermee uit om mee te denken
Slide 24 - Slide
Problem solving
Een gesprekstechniek die je toepast om het probleem op te lossen. Je kijkt hierbij niet naar het verleden, maar naar de toekomst. Problem solving bestaat uit een aantal stappen.
* Eerste stappen zijn erop gericht om het probleem vast te stellen.
* Vervolgstappen hebben tot doel oplossingen aan te dragen.
* Tot slot ga je een oplossing toepassen
Slide 25 - Slide
Inleveropdracht 2
In het werkdocument in Teams zie je de tweede opdracht gesprekstechnieken
Verbind de juiste begrippen met elkaar.
Slide 26 - Slide
MTL zegt tegen teamleider: Ik hoorde dat je een woordenwisseling had met een collega. Dit was luidruchtig. Wil je deze discussie de volgende keer voorkomen? Van welke vorm is sprake?
A
Tell and Listen
B
Tell and Sell
C
Problem solving
Slide 27 - Quiz
STARR
Met de STARR methode toon je een kwaliteit of competentie aan.
Slide 28 - Slide
Slide 29 - Slide
STARR:
Situatie: Wat speelde er? Wat was er aan de hand? Waar werkte je?
Taak: Wat moest je doen? Wat was je taak?
Actie:Wat heb je gedaan of gezegd? En toen?
Resultaat: Wat was het positieve effect van je actie? Hoe is het afgelopen?
(voor de werkgever) collega, klant, jezelf
Reflectie:Hoe vond je dat het ging? Ben je tevreden? Doe je het de volgende keer weer zo of anders en wat is daarvoor nodig?
Slide 30 - Slide
Inleveropdracht 3
Beschrijf een competentie die je goed beheerst op basis van de STARR methode.
In Teams vind je het invuldocument. Lever deze opdracht met de andere opdrachten in.
Lees verder op volgende sheet voor aanvullende informatie over competenties.
Resultaat
Wat gebeurde er daarna? Wat was het positieve voor jezelf, je werkgever, klant etc?
Slide 31 - Slide
Inleveropdracht 3
Aanvullende info:
Wat is een competentie? Dat is een eigenschap die je goed beheerst.
Voorbeelden competenties: stressbestendig, secuur, communicatief vaardig, inlevingsvermogen, initiatief etc.
Resultaat
Wat gebeurde er daarna? Wat was het positieve voor jezelf, je werkgever, klant etc?
Slide 32 - Slide
Bij welk personeelsgesprek zou je kiezen voor STARR(T)?
A
Verzuimgesprek
B
Beoordelingsgesprek
C
Functioneringsgesprek
D
Slecht nieuws gesprek
Slide 33 - Quiz
Theorie overlegstructuren
Slide 34 - Slide
Slide 35 - Video
Wat denk jij? Was dit filmpje een formeel of informeel overleg?
A
Formeel
B
Informeel
Slide 36 - Quiz
Slide 37 - Slide
Formeel overleg
Overleg gaat via officiele organisatiekanalen
Heeft een agenda
Wordt op een vast tijdstip gepland
Voorbeeld hiervan is bijv een vergadering
Slide 38 - Slide
Informeel overleg
Overleg gaat niet via officiele organisatiekanalen
Voorbeeld hiervan is bijv een praatje bij het koffiezetapparaat met een collega
Slide 39 - Slide
Slide 40 - Slide
Inleveropdracht 4
In het werkdocument in Teams zie je de vierde opdracht overlegstructuren
In de linkerkolom staan voorbeelden van overlegstructuren. Vul in welke overlegstructuur dit is.
Lever deze opdracht in samen met andere opdrachten via TEAMS