This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Schrijftoets
Dinsdag 1 november
Neem je eigen Référence mee! --> post its
Vragen?
Slide 2 - Slide
Groet en openingszin
Groet:
Bonjour Nadine, Cher Patrick, Chère Elisa
Openingszinnen:
Comment ça va? Moi ça va bien.
Merci de ta lettre/ de ton mail
Slide 3 - Slide
Slotzin en afsluiting
Slotzinnen:
J'espère que tu m'ecriras vite.
À bientôt!
Afsluitende groet,
Amitiés,
Bisous,
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
De ‘tilde’ ~
Dit teken staat meestal in de plaats van het gezochte woord
--> Je zoekt bijvoorbeeld de vertaling van ‘ter plaatse’. Dat zoek je niet bij ‘ter’, maar bij ‘plaats’. Daar vind je: ter ~e
Slide 6 - Slide
Schrijf op bij welk woord je de volgende woorden vind en geef de vertaling
Slide 7 - Slide
Uit alle macht
Slide 8 - Open question
Als vriend behandelen
Slide 9 - Open question
Ronde haakjes (…)
Tussen ronde haakjes staat een synoniem van het woord, dus een ander woord dat hetzelfde betekent.
Voorbeeld: deining.
•(opschudding) mouvement, agitation
•(het golven) houle, bercement.
Slide 10 - Slide
Onze KRAAN lekt al een week.
Slide 11 - Open question
De VLEUGEL moet gestemd worden.
Slide 12 - Open question
Al mijn geld staat op de BANK.
Slide 13 - Open question
Ik heb een lekke BAND.
Slide 14 - Open question
Rechte haken […]
Tussen rechte haken staat extra informatie. Achter het woord ‘femme’staat bijvoorbeeld: [v] en achter ‘homme’ staat [m]. Op die manier geeft het woordenboek aan of het woord mannelijk of vrouwelijk is, maar let op: soms staat er ‘mv’ en dat betekent ‘meervoud’!
Die extra informatie staat in de lijst met afkortingen.