week 49

• Duits
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Du hast 2 Minuten für:

Je hebt 2 min om: 

• mobiel in de wandtas
• oortjes uit
  
• je zit op je vaste plek

Voordat de docent begint met de les heb je op tafel: 

• werkboek + schrift + etui + planagenda 

Wie is aanwezig?

Huiswerk niet af of geen spullen bij?  Geef dit aan als ik je naam roep!

Was machen wir heute?

- planagenda

- antwoorden/huiswerk nakijken 

- herhalen Lidwoorden 

- Grammatica: vraagwoorden

- zelfstandig werken/huiswerk maken

Planagenda:

12 december 2de lesuur

Duits huiswerk af:

Blz. 38 opdracht 1 / 2 / 3 / 4 / 6 / 7 

 

antwoorden nakijken

Lektion 4 + huiswerk 

blz. 32 opdracht 9/10/11

blz. 33 opdracht 1 / 2 / 4 / 5/ 6 /7

Sleep de juiste lidwoorden naar de juiste vorm.

mannelijk [m]

onzijdig [o]

meervoud [mv]

vrouwelijk [v]

der

die

das

die

Hund

Opa

Haus

Lehrer

Kind

Hunde

Buch

Oma

der

der

das

das

die

der

die

das

Wat zijn de lesdoelen?

Je weet welke vraagwoorden er zijn

Je kunt ze in de zin plaatsen

De vraagwoorden: Lees ze door

NE	DU
waarom	warum
wie	wer
wat	was
waar	wo
waarheen	wohin
waarvandaan	woher
hoe	wie
wanneer	wann
welke	welche

De vraagwoorden:

Die Fragewörter: 

even checken!

Vul jij het juiste vraagwoord in?

________ kommst du morgen? Um halb 10

1. wer
2. wie
3. wann
4. woher

_______ Musik magst du?

1. was
2. wie
3. welche
4. wohin

_______ hast du das gemacht?

1. wann
2. warum
3. wohin
4. woher

______ kommst du? Aus Frankreich

1. woher
2. wohin
3. warum
4. welche

zelfstandig en stil werken:

maken: 

Blz. 36 opdracht 8 

Klaar?:

-> Huiswerk maken: zie planagenda

-> woordjes leren DU - NL Lektion 4 /5 /6 

blz. 44 /45

Heb jij de lesdoelen behaald?
1. Ik weet welke vraagwoorden er zijn
2. Ik kan ze in de zin plaatsen

JA zeker! Ik heb beide lesdoelen behaald!

JA, een lesdoel behaald!

Ik moet nog oefenen!

Ik snap er niks van!

Tschüss