Wordt gebruikt als iets in het verleden heeft plaats gevonden en is afgerond, het is echt voorbij.
Vaak staat in de zin een tijdsbepaling die aangeeft dat het verleden tijd is:
last month, yesterday, a minute ago, in 1999.
–> I bought a new bike last week.
Door de woorden ‘last week’ wordt duidelijk dat deze gebeurtenis zich in het verleden heeft afgespeeld. Er moet dus een verleden tijd gebruikt worden.
--> ww+ ed of TWEEDE RIJTJE