Present Simple, Present Continuous, Present Perfect en Present Perfect Continuous

Present Simple, Present Continuous, Present Perfect en Present Perfect Continuous
1 / 26
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Present Simple, Present Continuous, Present Perfect en Present Perfect Continuous

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
Aan het eind van deze les weet je het verschil tussen de present simple, present continuous, present perfect en de present perfect continuous, inclusief alle uitzonderingen.

Slide 2 - Slide

Introduceer de leerdoelen aan het begin van de les, zodat de studenten weten wat ze zullen leren.
Wat weet je al over de verschillende tijden in de Engelse taal?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Present Simple
De present simple wordt gebruikt voor gewoontes, feiten en algemene waarheden.

The bus leaves at 6 p.m.

Slide 4 - Slide

Geef voorbeelden van zinnen in de present simple en vraag de studenten om zelf ook voorbeelden te geven.
Present Continuous
De present continuous wordt gebruikt voor acties die op dit moment plaatsvinden.

I am teaching at the moment.

Slide 5 - Slide

Geef voorbeelden van zinnen in de present continuous en vraag de studenten om zelf ook voorbeelden te geven.
Present Perfect
De present perfect wordt gebruikt voor ervaringen uit het verleden die invloed hebben op het heden.

The band has just released a new album.

Slide 6 - Slide

Geef voorbeelden van zinnen in de present perfect en vraag de studenten om zelf ook voorbeelden te geven.
Present Perfect Continuous
De present perfect continuous wordt gebruikt voor acties die begonnen zijn in het verleden en nog steeds gaande zijn.

The pupils have been working on the project since last week.

Slide 7 - Slide

Geef voorbeelden van zinnen in de present perfect continuous en vraag de studenten om zelf ook voorbeelden te geven.
Uitzonderingen
Er zijn uitzonderingen op het gebruik van deze tijden, zoals bijvoorbeeld bij werkwoorden die niet in de continuous vorm kunnen worden gebruikt.

Zie hiervoor p.224 en p.225 in je boek!

Slide 8 - Slide

Geef voorbeelden van deze uitzonderingen en vraag de studenten om zelf ook uitzonderingen te bedenken.
Oefenen
Laten we nu oefenen met het gebruik van de verschillende tijden. Vul de juiste tijd in de zin in.

Slide 9 - Slide

Geef een aantal oefenzinnen en vraag de studenten om de juiste tijd in te vullen.
Antwoorden
Laten we de antwoorden bespreken.

Slide 10 - Slide

Ga door de oefenzinnen heen en bespreek de juiste antwoorden met de studenten.
Quiz
Laten we nu een quiz spelen om te zien hoe goed je de verschillende tijden begrijpt.

De volgende vijf vragen gaan over de present simple & de present continuous.

Slide 11 - Slide

Maak een interactieve quiz waarbij de studenten vragen moeten beantwoorden over het gebruik van de verschillende tijden.
My sister _____ (read) a book every night.
A
is reading
B
reads
C
reading
D
read

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

They _____ (play) football right now.
A
playing
B
are playing
C
played
D
play

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

We usually _____ (go) to the gym in the morning.
A
go
B
goes
C
went
D
going

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

She _____ (watch) TV at the moment.
A
watching
B
is watching
C
watch
D
watches

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

I _____ (study) English every day.
A
study
B
studying
C
studies
D
studied

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Quiz
Laten we nu een quiz spelen om te zien hoe goed je de verschillende tijden begrijpt.

De volgende vijf vragen gaan over de present perfect & de present perfect continuous.

Slide 17 - Slide

Maak een interactieve quiz waarbij de studenten vragen moeten beantwoorden over het gebruik van de verschillende tijden.
I ___ (read) this book since yesterday.
A
have been reading
B
have read
C
read
D
am reading

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

She ___ (work) at the company since 2010.
A
has worked
B
is working
C
worked
D
has been working

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

___ you ___ (watch) TV all day?
A
Were, watching
B
Are, watching
C
Have, watched
D
Have, been watching

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

He ___ (study) English for 5 years.
A
is studying
B
has studied
C
has been studying
D
studied

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

I ___ (wait) for you for an hour.
A
am waiting
B
waited
C
have waited
D
have been waiting

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Afsluiting
Dat was het voor vandaag!

Jullie weten nu het verschil tussen de present simple, present continuous, present perfect en de present perfect continuous, inclusief alle uitzonderingen.

Slide 23 - Slide

Sluit de les af door de leerdoelen te herhalen en de studenten te bedanken voor hun deelname.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 24 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 25 - Open question

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 26 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.