woordenschat H1

Herhaling blok 2
woordenschat H1 
Formuleren H2
Woordenschat H2
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Herhaling blok 2
woordenschat H1 
Formuleren H2
Woordenschat H2

Slide 1 - Slide

'De storm geeft mij en mijn fiets een flinke duw in de rug.'
Welke vorm van beeldspraak wordt hier gebruikt?

Slide 2 - Open question

'Die mevrouw is ijdel als een pauw.'
Welke vorm van beeldspraak wordt
hier gebruikt?

Slide 3 - Open question

'Hij ging er als een haas vandoor.'
Welke vorm van beeldspraak wordt
hier gebruikt?

Slide 4 - Open question

'Nederland won met 2-0 van België.'
Welke vorm van beeldspraak wordt
hier gebruikt?

Slide 5 - Open question

vervolging 
inheemsen
noeste
onderklasse
eerwraak
vertekend
etnische
stereotiepe
marge
autochtonen
integreren
populistische
onderbuikgevoelens
dominante
onderdrukking en bedreiging
oorspronkelijke bewoners
ijverige; ingespannen
groep burgers (klasse) die het in de samenleving niet redt
moord gepleegd vanwege het geschonden fatsoen van de familie
onjuist weergegeven
naar ras en afkomst ingedeelde
geijkte; volgens een vast, versteend beeld
zijlijn; rand van de samenleving
niet-migranten
een goede plek vinden in een nieuwe samenleving
gericht op het gewone volk; wat de massa aanspreekt
primitieve, niet-rationele gedachten en gevoelens
overheersende

Slide 6 - Drag question

afzweren
zich voegen naar
welbevinden
diffuse
manco
benaderen
robuust
verloochenen 
sancties
contraproductief
zich voornemen om met iets op te houden
zich aanpassen aan
gevoel van tevredenheid; gezondheid en welzijn
vage; onduidelijke; ongelijksoortige
tekortkoming; gebrek
in contact proberen te komen met; dichterbij komen
stevig gebouwd; sterk; solide
ontkennen dat iets bestaat of dat je iemand kent
 strafmaatregelen
averechts; nadelig voor de productie


Slide 7 - Drag question

De groep leerlingen hebben allemaal hun boeken vergeten.
A
juist
B
onjuist

Slide 8 - Quiz

Bij dit wasprogramma worden minder water en energie verbruikt.
A
juist
B
onjuist

Slide 9 - Quiz

Het merendeel van de scholieren .... deze opgaven moeilijk.
A
vindt
B
vinden

Slide 10 - Quiz

Dertig procent van de deelnemers ... de eindstreep niet gehaald.
A
heeft
B
hebben

Slide 11 - Quiz

Ook op het platteland ... drugs veel gebruikt.
A
wordt
B
worden

Slide 12 - Quiz

Deze leerling is niet achterlijk.
A
ironie
B
litotes
C
hyperbool
D
understatement

Slide 13 - Quiz

Eten we spruitjes? Wil je me dood hebben of zo?
A
hyperbool
B
understatement
C
eufemisme
D
litotes

Slide 14 - Quiz

'Ik heb EEN KLEIN MAZZELTJE gehad', zei de winnaar van de jackpot.
A
eufemisme
B
understatement
C
litotes
D
hyperbool

Slide 15 - Quiz

Als al je verstandskiezen in één keer getrokken worden, is dat geen pretje.
A
hyperbool
B
understatement
C
eufemisme
D
litotes

Slide 16 - Quiz

Ik kan helaas geen rondje geven, ik zit op dit moment tussen twee banen in.
A
hyperbool
B
understatement
C
eufemisme
D
litotes

Slide 17 - Quiz

De gaswinning in Groningen heeft de Nederlandse regering een aardig zakcentje opgeleverd.
A
hyperbool
B
understatement
C
eufemisme
D
litotes

Slide 18 - Quiz