This lesson contains 10 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.
Items in this lesson
Week 2
Groeten
Korte klanken, lange klanken, dubbelklanken
open en gesloten lettergrepen
Slide 1 - Slide
uit het boekje: [pagina 12 tm 18
Slide 2 - Video
This item has no instructions
Drag the recordings to the right situation.
You enter the classroom in the morning
You arrive at your friends parents place for dinner.
You enter the school directors office at lunch time.
You pass a peer in the hallway of the school. .
you say goodbye to your friend after school.
Slide 3 - Drag question
This item has no instructions
Aantekeningen maken
Bekijk het filmpje. Maak twee kolommen. Links schrijf je de gesprekjes met een positief antwoord. Rechts de gesprekjes met een negatief antwoord.
Slide 4 - Slide
This item has no instructions
Vragen hoe het gaat
Loop rond in de klas. Wanneer de docent stop zegt, vraag je hoe gaat aan de dichtstbijzijnde persoon. De ene keer antwoord je positief, de andere keer negatief.
Slide 5 - Slide
This item has no instructions
korte klanken en lange klanken
Kijk en luister naar de twee filmpjes. Luister naar het verschil tussen de lange- en korte klanken.
Slide 6 - Slide
This item has no instructions
dictee
Luister naar de docent en schrijf de juiste klanken in je boekje.
Slide 7 - Slide
sleutel klanken
A
bal
taal
naam
nam
rat
paal
schaap
al
baan
mat
taak
kat
gas
maand
zak
B
vind
lig
drie
hier
stip
in
diep
fiets
tien
bril
kil
lieg
bier
til
grip
C
beest
been
heel
pet
belt
beer
met
stel
wanneer
les
telefoneer
deel
ver
nek
hel
D
woord
droom
pols
boord
knop
zoon
stoom
kop
troost
stop
tom
goot
door
woon
bos
E
rust
cursus
vuur
druk
muur
buk
huur
munt
uur
kust
mug
stuur
vlug
punt
universiteit (niet doen!)
lettergrepen: open of gesloten
Open lettergrepen: lettergrepen die eindigen op een klinker
vla, ta-fel, be-ren
Gesloten lettergrepen: lettergrepen die eindigen op een medeklinker
tak-ken, man-nen, maan, kan
Slide 8 - Slide
This item has no instructions
extra: dubbelklanken
ui ei eu oe au ou
Slide 9 - Slide
oefenen met verschillende woorden, studenten woorden laten uitspreken.
klanken
Klanken in je eigen taal, die moeilijk zijn.
Leer je buurman een moeilijk uit te spreken woord.