Trede 1 - Leerdoel 3 - Avoir

Aujourd'hui
Gesprek voeren (kennismaken)
Herhalen pers. vnw.
Werkwoord avoir 
Learning Portal
Les buts: 
een kennismakingsgesprek voeren
persoonlijk voornaamwoord gebruiken
werkwoord avoir gebruiken
1 / 15
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Aujourd'hui
Gesprek voeren (kennismaken)
Herhalen pers. vnw.
Werkwoord avoir 
Learning Portal
Les buts: 
een kennismakingsgesprek voeren
persoonlijk voornaamwoord gebruiken
werkwoord avoir gebruiken

Slide 1 - Slide

Conversation
Ça va?
Comment tu t'appelles?
Tu habites où?
Tu as quel âge?
Tu as des frères et des soeurs?

Slide 2 - Slide

Persoonlijk voornaamwoord
ik
je / j'
jij
tu
hij
il
zij
elle
men/we (spreektaal)
on
wij 
nous
u
jullie 
vous
zij  
ils (mannelijk)
elles (vrouwelijk)

Slide 3 - Slide

ik
jij
hij
zij
men/we
wij
jullie/u
zij(m mv)
zij (v mv)
Les pronoms personnels
- persoonlijk voornaamwoorden.
Je
Elles
Nous
il
Tu
Elle
Vous
ils
On

Slide 4 - Drag question

Avoir (hebben)
Je hebt het werkwoord avoir al eerder gezien. Welke zinnen met het werkwoord 'hebben' ken je al?
J'ai
Tu as
Il/elle/on a
nous avons
vous avez
ils/elles ont

Slide 5 - Slide

AVOIR ( = hebben)
AVOIR 

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Video

ils (avoir)
A
ont
B
avoir
C
sont
D
a

Slide 9 - Quiz

Tu ________ (avoir)

Slide 10 - Open question

Monsieur, vous (avoir)

Slide 11 - Open question

ik heb

Slide 12 - Open question

zij hebben (m)

Slide 13 - Open question

j'
tu
il/elle/on
nous
vous
ils/elles
avoir (hebben)
Combineer de juiste vorm van avoir met het goede persoonlijk voornaamwoord
ai
as
a
avons
avez
ont

Slide 14 - Drag question

Au travail!
Learning Portal
- Je me présente

Klaar? Leren:
- woordjes
- gesprekje

Slide 15 - Slide