herhaling lidwoorden en vraagwoorden klas 2

Herzlich Willkommen 
HERZLICH  WILLKOMMEN


1 / 24
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Herzlich Willkommen 
HERZLICH  WILLKOMMEN


Slide 1 - Slide

Was machen wir heute?
  • Hausaufgaben besprechen
  • Wiederholung lidwoorden 
  • Erklärung vraagwoorden
  • regelmatige werkwoorden vervoegen
  • Aufgaben machen

Slide 2 - Slide

Vragen of opmerkingen?
Hebben jullie voor nu al een vraag op opmerking, steek een handje op!

Slide 3 - Slide

Lernziel
* aan het einde van de les kun je de werkwoorden als machen en heißen vervoegen
* kun je tenminste 3 vraagwoorden in het Duits noemen

Slide 4 - Slide

Voor welk woord gebruik je het bepaald lidwoord der?
A
Katze
B
Mann
C
Haus
D
Kind

Slide 5 - Quiz

Voor welk woord gebruik je het bepaald lidwoord die?
A
Frau
B
Brief
C
Pferd
D
Buch

Slide 6 - Quiz

Voor welk woord gebruik je het bepaalde lidwoord das?
A
Katze
B
Lehrer
C
Haus
D
Stier

Slide 7 - Quiz

Welk woord heeft als onbepaald lidwoord eine?
A
Kind
B
Frau
C
Haus
D
Mann

Slide 8 - Quiz

Welk woord krijgt het onbepaalde lidwoord ein?
A
Junge
B
Katze
C
Lehrerin
D
Mutter

Slide 9 - Quiz

Welk lidwoord krijgt het meervoud in het Duits?

Slide 10 - Open question

Wat betekent die Freundschaft?
A
nodig hebben
B
elkaar zien
C
de vriendschap
D
het avontuur

Slide 11 - Quiz

Hoe zeg je in het Duits vandaag?
A
anrufen
B
heute
C
immer
D
brauchen

Slide 12 - Quiz

Schrijf de vertaling van deze zin in het Nederlands!
Wer ist dieser Junge?
timer
0:30

Slide 13 - Open question

Het vraagwoord
wanneer -------->    wann
wat            -------->    was
wie            -------->     wer
hoe           -------->     wie
waar         -------->     wo
waar....vandaan->     woher

timer
1:00

Slide 14 - Slide

Schrijf de vertaling van deze zin in het Nederlands!
Wer ist dieser Junge?
timer
0:30

Slide 15 - Open question

Schrijf de vertaling van deze zin in het Nederlands!
Wie heißt sie?
timer
0:30

Slide 16 - Open question

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Wat is de stam van het werkwoord
spielen?

Slide 19 - Open question

Wat is de goede vorm?
hij speelt

Slide 20 - Open question

de vertaling van ik heet is
A
ich heiß
B
ich heiße
C
ich heißt
D
ich heißen

Slide 21 - Quiz

Opdrachten maken
* Lektion 1.1 opdracht 13+14+15
* Gebruik de uitleg in je boek op blz. 13
* Als je een vraag hebt steek een handje op of schrijf deze in de chat.

Slide 22 - Slide

Hausaufgaben
* leer de grammatica van hoofdstuk 1 - jullie gaan een oefentoets maken
* blz. 12+13 persoonlijk voornaamwoord en werkwoorden
* blz. 20 getallen 1 t/m 20
* blz. 31 lidwoorden
* blz. 36 vraagwoorden en hoofdletters

Slide 23 - Slide

Auf Wiedersehen!

Slide 24 - Slide