This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 120 min
Items in this lesson
Didactische principes
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Didactische principes
Slide 3 - Mind map
Slide 4 - Slide
Opbouw werkcollege
Times-up
Verschillende principes overlopen + per principe een oefening maken
Integratieoefening
( Individuele oefeningen).
Rollenspel
Toelichting taak
Slide 5 - Slide
Times-up
Ga in groepjes van 6 zitten. Maak drie duo's.
Doel: zoveel mogelijk juiste woorden raden. Hoe: Persoon A van het duo omschrijft het woord op het papiertje (woord niet vernoemen). Persoon B probeert het woord te raden. Als het woord geraden is houden ze het papiertje bij én pak je een nieuw woord om te omschrijven. Dit gaat zo door, tot de tijd op is.
Tijd: 1 min raadt tijd.
Na één minuut is het aan het volgende duo.
Slide 6 - Slide
Time's up
1 minuut de tijd om per 2 kaartjes te raden.
één iemand raad + één iemand omschrijft.
Kaartje geraden? Hou het bij.
Tijd over? Neem een nieuw kaartje.
Tijd verstreken? Ander duo begint met raden.
2
2
2
Slide 7 - Slide
Motivatieprincipe
Slide 8 - Slide
Motivatieprincipe
= waarom we ons zelf 'bewegen' tot leergedrag.
Intrinsieke motivatie = uit zichzelf iets willen kunnen.
Extrinsieke motivatie = doel van het leren ligt buiten de leeractiviteit.
Slide 9 - Slide
Autonomie
Gestuurd
Geïntrojecteerde regulatie
Externe regulatie
Geïdentieficeerde regulatie
Intrinsieke regulatie
Slide 10 - Drag question
Activiteitsprincipe
Slide 11 - Slide
Activiteitsprincipe
= gestimuleerd worden om zo veel mogelijk actief te zijn.
Motorische activiteit.
Denkactiviteit.
Voorwaarden:
Problemen zelf kunnen oplossen.
Veilig klimaat.
Slide 12 - Slide
Hoe kan je de denkactiviteit bij leerlingen stimuleren?
Slide 13 - Open question
Aanschouwelijkheidsprincipe
Slide 14 - Slide
Aanschouwelijke fase
Abstracte fase
Schematische fase
Slide 15 - Drag question
Opdracht
Welk principe is duidelijk aanwezig in het volgende filmpje?
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Video
Geleidelijkheids- of gradatieprincipe
Slide 18 - Slide
Gelijdelijkheids- of gradatieprincipe
Gemakkelijk > moeilijk
Bekend > nieuw Inductief Deductief
Concreet > abstract
Slide 19 - Slide
Herhalingsprincipe
Slide 20 - Slide
Leg uit waarom je wel/niet akkoord gaat met de stelling: "Herhaling in het begin van de les is niet nuttig"
Slide 21 - Open question
Integratieprincipe
Slide 22 - Slide
Integratieprincipe
= nieuwe kennis verbinden met de kenniselementen die reeds in het geheugen aanwezig zijn.
Door:
Aansluiten bij voorkennis van het vak.
Aansluiten bij andere vakken.
GAS principe
Slide 23 - Slide
Welke activiteit volgt NIET het integratieprincipe
A
Samenvattend overzicht geven
B
Verbanden leggen met andere vakken.
C
Brainstorm over het nieuw thema
D
Nieuwe begrippen vanbuiten leren.
Slide 24 - Quiz
Individualiseringsprincipe
Slide 25 - Slide
Individualiseringsprincipe
= rekening houden met de eigenheid van elke leerling.
Differentiëren op gebied van:
Doelstellingen
Aanpak
Evaluatie
Slide 26 - Slide
Wat zijn de voor- en nadelen van niveau groepen?
Slide 27 - Open question
Welk didactisch principe vind je hier terug?
Slide 28 - Slide
Opdracht
Maak individueel oefening 8 op pagina 309- 310.
De oefening wordt klassikaal verbeterd.
Slide 29 - Slide
Oefening 8 - correctie
a) aanschouwelijkheidsprincipe maar ook: heembeginsel (geleidelijkheid/gradatie)
b) herhalingsprincipe
c) activiteitsprincipe
d) indivualiseringsprincipe + motivatieprincipe
e) herhalingsprincipe
f) activiteitsprincipe + herhalingsprincipe
g) geleidelijkheidsprincipe
h) integratieprincipe + geleidelijkheidsprincipe
i) integratieprincipe
j) motivatieprincipe
Slide 30 - Slide
Opdracht
Selecteer enkele didactische principes waarop je wilt oefenen (p. 299-310).
Werk als volgt: Maak één oefening per 4 Maak één oefening per 2 Maak één oefening alléén.
Slide 31 - Slide
Opdracht
Maak vier groepen (groepeer, indien mogelijk, per onderwijs vak).
Je krijgt een papiertje met één of twee didactische principes op.
Je maakt een rollenspel waarin deze didactische principes in terug komen. Dit rollenspel gaat over een onderwerp van jullie examen taak.
Breng het rollenspel. De klas raadt welk didactisch principe er in verscholen zit.