Week 6 - Les 2

Bonjour tout le monde!
1 / 20
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Bonjour tout le monde!

Slide 1 - Slide

Le planning
  • Corriger les devoirs
  • Répéter le vocabulaire et la grammaire (quiz)
  • Introduction projet final + commencer

Slide 2 - Slide

Le but d'aujourd'hui
  • Ik weet wat de vervoegingen van de werkwoorden faire, venir en prendre zijn.
  • Ik weet wat de futur proche is en hoe ik die vorm.
  • Ik weet wat de wederkerende werkwoorden zijn en hoe ik die moet vormen.
  • Ik ken een aantal woorden uit de woordenlijst en kan ze in de context zetten.
  • Ik begrijp wat het PO inhoudt.

Slide 3 - Slide

On va corriger les devoirs
  • On va corriger ex. 10 - CD'E, p. 21

Prends un stylo rouge/autre couleur

Slide 4 - Slide

Maak aantekeningen

Slide 5 - Slide

Welk werkwoord is wederkerend?
A
Faire
B
se maquiller
C
Avoir
D
Pendre

Slide 6 - Quiz

Wat weet je van wederkerende werkwoorden?

Slide 7 - Mind map

Welke woorden zijn in het Frans wederkerend maar in het Nederlands niet?
(Let op: meer mogelijkheden)
A
douchen
B
opstaan
C
naar bed gaan
D
nemen/pakken

Slide 8 - Quiz

Vertel dat je opstaat om 7 uur (7h).
- opstaan is een wederkerend werkwoord -

Slide 9 - Open question

Vervoeg:
Je ______ des devoirs (faire).

Slide 10 - Open question

Kies de juiste vervoeging:

Leo _________ une douche.
A
prendre
B
prends
C
prend
D
prenons

Slide 11 - Quiz

Wat betekent "le déjeuner"?
A
Het ontbijt
B
Het avondeten
C
De middag
D
De lunch

Slide 12 - Quiz

De 'futur proche' gaat over wat je bijvoorbeeld volgende week gaat doen.
A
Vrai
B
Faux

Slide 13 - Quiz

Met welk werkwoord wordt de "futur proche" gevormd?
A
Aller
B
Heel werkwoord
C
Avoir
D
Aller + heel werkwoord

Slide 14 - Quiz

Vertel dat je morgen een pizza gaat eten.
- gebruik de futur proche -

Slide 15 - Open question

Wat vind je nog lastig?
De woordjes
De wederkerende werkwoorden
De futur proche (toekomende tijd)
De werkwoorden prendre, venir en faire

Slide 16 - Poll

Le projet final - LD’E, p. 24
  1. Le thème - welk onderwerp spreekt jullie aan?
  2. L'affiche - geprint of op A3 papier.
  3. La présentation - in het NL
  • Waarom hebben jullie het onderwerp hebben gekozen?
  • Wat houdt de slogan in die jullie hebben bedacht?
  • Welke adviezen hebben jullie bedacht? (2 pp) - kort toelichten.
  • Wat is er verder nog te zien/ te lezen op de poster?



!!! Let op: het vertalen van hele zinnen wordt niet op prijs gesteld. 
Je krijgt dan direct een onvoldoende. 
In plaats daarvan: actieve inzet tijdens de les, (woorden)boek gebruiken en docent vragen stellen.

Slide 17 - Slide

Au travail! - en groupes
Onderwerp bedenken, doorgeven, taken verdelen, aan de slag met de tekst + poster

Slide 18 - Slide

Les dates importantes!
Maandag 21 oktober - Présentations projet final (PO21 - 1x)
  • Waarom hebben jullie het onderwerp hebben gekozen?
  • Wat houdt de slogan in die jullie hebben bedacht?
  • Welke adviezen hebben jullie bedacht? (2 pp) - kort toelichten.
  • Wat is er verder nog te zien/ te lezen op de poster?

Vrijdag 25 oktober - Proefwerk Unité 1 (VT21 – 3x)
  • Vaardigheden: lezen, luisteren, schrijven
  • Vocabulaire: glossaire unité 1 (LD’E, p. 104, 105)
  • Grammaire: les verbes pronominaux, les adverbes de fréquence, l’obligation (im)personnelle, le futur proche (LD'E, p. 18+19)



Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide