What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Week 6 - Les 2
1 / 16
next
Slide 1:
Slide
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
This lesson contains
16 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
45 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Le planning
Corriger les devoirs
Répéter le vocabulaire et la grammaire (quiz)
Faire des exercices
Phonétique
Slide 2 - Slide
Le but d'aujourd'hui
Ik weet wat de vervoegingen van de werkwoorden faire, venir en prendre zijn.
Ik weet wat de futur proche is en hoe ik die vorm.
Ik weet wat de wederkerende werkwoorden zijn en hoe ik die moet vormen.
Ik ken een aantal woorden uit de woordenlijst en kan ze in de context zetten.
Slide 3 - Slide
Corriger les devoirs
Prends un stylo rouge/autre couleur
Corriger ex. 10 et 11 (CD’E, p. 21, 22)
timer
5:00
Slide 4 - Slide
Wat weet je allemaal over de wederkerende werkwoorden?
Slide 5 - Mind map
Welke woorden zijn in het Frans wederkerend maar in het NL niet? (Let op: meer mogelijkheden)
A
douchen
B
opstaan
C
naar bed gaan
D
nemen/pakken
Slide 6 - Quiz
Vervoeg:
Je ______ des devoirs (faire).
Slide 7 - Open question
Schrijf hier alle vervoegingen van het werkwoord 'venir'.
Slide 8 - Mind map
Kies de juiste vervoeging:
Elle _________ une douche.
A
prendre
B
prends
C
prend
D
prenons
Slide 9 - Quiz
De 'futur proche' gaat over de toekomst.
A
Vrai
B
Faux
Slide 10 - Quiz
Met welk werkwoord wordt de "futur proche" gevormd?
A
Aller
B
Heel werkwoord
C
Avoir
D
Aller + heel werkwoord
Slide 11 - Quiz
Schrijf hier alle woorden op die je al kent van de woordenlijst (uit je hoofd).
Slide 12 - Mind map
Phonétique (LD’E, p. 19)
Luister mee!
Slide 13 - Slide
Lees mee op p. 20 (LD'E)
Maak (in tweetallen) opdracht A
Slide 14 - Slide
Prends ton agenda et notes les devoirs
Les devoirs pour
demain (le 1 octobre):
Faire ex. 14 et 15 (CD’E, p. 23)
Slide 15 - Slide
Is het lesdoel behaald?
Ik weet wat de vervoegingen van de werkwoorden faire, venir en prendre zijn.
Ik weet wat de futur proche is en hoe ik die vorm.
Ik weet wat de wederkerende werkwoorden zijn en hoe ik die moet vormen.
Ik ken een aantal woorden uit de woordenlijst en kan ze in de context zetten.
:) =
:| =
:( =
Slide 16 - Slide
More lessons like this
Week 7 - Les 1
September 2023
- Lesson with
14 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Week 5 - Les 3
September 2023
- Lesson with
13 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Week 6 - Les 2
October 2024
- Lesson with
20 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Week 5 - Les 1
September 2021
- Lesson with
10 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Week 5 - Les 1
September 2024
- Lesson with
13 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Week 4 - Les 3
October 2024
- Lesson with
11 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Week 4 - Les 3
September 2024
- Lesson with
11 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Week 5 - Les 1
December 2023
- Lesson with
10 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2