Thema 5 les 1 Renaissance

Ontdekkers en hervormers

Overgang van de Middeleeuwen naar de Vroeg moderne tijd

1500-1600
1 / 28
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Ontdekkers en hervormers

Overgang van de Middeleeuwen naar de Vroeg moderne tijd

1500-1600

Slide 1 - Slide

Lesindeling
Lesopening
LA: lezing over Renaissance
Oefenvragen
Lesafsluiting

Slide 2 - Slide

Lesopening
Activeren van voorkennis

Slide 3 - Slide

Noem 2 kenmerken uit de Middeleeuwse tijd

Slide 4 - Open question

De kerk had in de middeleeuwen veel macht. Hoe kwam dit? Klik het juiste antwoord(en) aan.
A
De mensen waren dol op de kerk en vonden dat de kerk veel macht moest hebben.
B
De geestelijken konden de bijbel lezen. Zo konden ze de mensen vertellen hoe ze een goed leven moesten leiden.
C
Mensen waren erg bang voor de dood. Dus luisteren ze naar de kerk zodat ze na de dood naar de hemel konden.
D
De mensen waren gemakkelijk over te halen om in de kerk te geloven.

Slide 5 - Quiz

Wat was het drieslagstelsel?
A
Verdelen van landbouwgrond in drie stukken, waarbij elk jaar één stuk grond niet gebruikt werd
B
Het verhuren van landbouwgrond aan boeren
C
Het verkopen van landbouwgrond aan handelaren
D
Verdelen van landbouwgrond in twee stukken

Slide 6 - Quiz

Wat was een domein?
A
Kasteel van de leenheer
B
Land waar de leenmannen wonen, vlakbij het grote huis van de leenheer.
C
Al het gebied van Karel de Grote
D
Landgoed dat wordt bewerkt volgens het hofstelsel.

Slide 7 - Quiz

LA: lezing
Tijd: 15 minuten

Tip: maak aantekening om te gebruiken voor je missie afsluiting (presentatie)

Slide 8 - Slide

Middeleeuwen - 500 tot 1500
  • Landbouw samenleving; aan het einde van de middeleeuwen nam handel weer toe en ontstond een landbouw stedelijke samenleving
  • De kerk was zeer machtig; iedereen in Europa was christelijk 
  • Vorsten kregen einde middeleeuwen weer meer macht

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Renaissance
= Frans voor wedergeboorte.

Begint in Italië.

De renaissance beslaat de periode van 1400 tot 1600.

De renaissance was een wedergeboorte van de klassieke oudheid; een nieuwe bloeiperiode voor kunst, cultuur en wetenschap.

Slide 11 - Slide

Renaissance
In Italië ontstond bij de rijke bovenlaag van handelaren en bankiers een nieuw levensgevoel.
  • Niet langer altijd alleen maar luisteren naar Kerk + koning. Zij wilden zelf nadenken!
  • Genieten van leven op aarde én niet alleen maar denken aan leven na de dood. Waarom zouden we niet genieten van onze rijkdommen op aarde?! 

De Romeinen deden dit eeuwen geleden ook al, dus goed voorbeeld! 

Slide 12 - Slide

Renaissance: waarom in Italië? (oorzaken)

  • Door bloeiende handel waren inwoners Italiaanse stadstaten heel rijk
  • In Italië waren nog veel oude Romeinse gebouwen 
  • In Italiaanse bibliotheken waren nog veel klassieke geschriften 

Er ontstond een nieuwe belangstelling voor de klassieke oudheid (de tijd van de Grieken en de Romeinen)

Slide 13 - Slide

Renaissance 
Bij klassieken (oudheid) stond individu (jij als eigen persoon) centraal
Klassieke erfgoed wordt voorbeeld voor rijke burgers en kunstenaars

Slide 14 - Slide

Humanisme
  • In het humanisme wordt de mens centraal gesteld, in tegenstelling tot de middeleeuwen waar God centraal stond.

  • Humanisten lazen de werken van de groten uit de oudheid opnieuw. 

Slide 15 - Slide

Erasmus
  • 'De lof der zotheid' 
  • Humoristische manier duidelijk maakte wat er allemaal mis is met de mensen. 
  • tolerantie binnen de kerk voor andersdenkenden. 
  • Hij was van mening dat mensen vrij waren om hun eigen ideeën te hebben.

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Renaissance: beeldende kunst 
De klassieken worden voorbeeld voor kunstenaars 
Dat betekent in de praktijk:
  • naast christelijke onderwerpen ook mythologische onderwerpen 
  • Kunstenaars probeerden hun werk zo "echt" mogelijk te maken door gebruik van perspectief, aanbrengen van details en anatomisch correcte weergave menselijk lichaam

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Da Vinci - Dame met hermelijn
Michelangelo -  plafond Sixtijnse Kapel

Slide 20 - Slide

Michelangelo - David

Slide 21 - Slide

Oefenvragen

Slide 22 - Slide

Wanneer is de periode van de Renaissance?
A
1500-1600
B
1400-1600
C
17e eeuw
D
1300-1450

Slide 23 - Quiz

Waar in Europa begon de Renaissance?
A
Frankrijk
B
Griekenland
C
Italië
D
Nederland

Slide 24 - Quiz

Renaissance betekent
Renaissance betekent:
A
nieuwe interesse voor de oudheid
B
nieuwe interesse voor andere werelddelen
C
nieuwe interesse voor het geloof
D
nieuwe interesse voor de kunst

Slide 25 - Quiz

LA naar WS
Maak de werktaken + werk aan je presentatie

Slide 26 - Slide

Lesafsluiting

Slide 27 - Slide

Heb je nog een vraag?

Slide 28 - Mind map