Bijspijkeren blok 1

Bijspijkeren blok 1
1 / 31
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 1,2

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Bijspijkeren blok 1

Slide 1 - Slide

Grammatica

Slide 2 - Slide


woordsoortbenoeming

zinsontleding
Je knipt een zin stukjes (zinsdelen). Je leert welke zinsdelen er zijn en hoe je ze herkent.
Je leert uit welke soorten woorden een zinsdeel bestaat en hoe je ze herkent.

Slide 3 - Drag question

Welke zin is goed?
A
De klas staan veel tafels en stoelen in.
B
De leraar vertelt een leuk verhaal.
C
De meisjes meeste houden van leuke kleding.

Slide 4 - Quiz

Welke zin is goed?
A
Ik heb huiswerk een berg.
B
Over drie dagen we hebben een schoolfeest.
C
Morgen gaan we naar de film.

Slide 5 - Quiz

geef een voorbeeld van een werkwoord

Slide 6 - Mind map

loopt
gebeurt
waait
Aisha
de wind
valt
waait
werkwoord
Aisha loopt naar de bieb.
... is het werkwoord in deze zin, want het werkwoord vertelt wat ... doet.
De wind ... door de bomen.
... is het werkwoord, want het vertelt wat ... doet.
De vaas ... van de tafel.
Valt is het ..., want dat woord vertelt wat er ... .

Slide 7 - Drag question

Vul de juiste vorm (t.t.) van het werkwoord lopen in. Ik [ ... ] naar de wc.

Slide 8 - Open question

Vul de juiste vorm (t.t.) van het werkwoord
lopen in. Hij [ ... ] elke dag een rondje om zijn huis.

Slide 9 - Open question

Vul de juiste vorm (t.t) van het werkwoord komen in.
[ ... ] jij morgen op mijn feestje

Slide 10 - Open question

Wat is geen werkwoord?
A
spelen
B
voetballen
C
kleren
D
vliegen

Slide 11 - Quiz

spelling

Slide 12 - Slide

Leg uit hoe je de stam van een werkwoord vindt.

Slide 13 - Open question

De stam van het werkwoord schrijven is...
A
schrijv
B
schrijf

Slide 14 - Quiz

De stam van het werkwoord bonzen is...
A
bonz
B
bons

Slide 15 - Quiz

De ik-vorm van het werkwoord stemmen is
A
stemm
B
stem

Slide 16 - Quiz

De ik-vorm van praten maak je door een klinker toe te voegen aan de stam
A
waar
B
niet waar

Slide 17 - Quiz

De ik-vorm van klinken maak je door de -k van de stam af te halen
A
waar
B
niet waar

Slide 18 - Quiz

Boven je ogen zitten je ...
A
wenkbrouwen
B
wenkbrauwen

Slide 19 - Quiz

De artiest krijgt een groot ... van het publiek
A
applous
B
applaus

Slide 20 - Quiz

De poes zegt ...
A
miouw
B
miauw

Slide 21 - Quiz

Hij spaart ... beeldjes en vaasjes
A
allerlei
B
allerlij

Slide 22 - Quiz

In Rome kan je een wereldberoemde ... bekijken.
A
fontein
B
fontijn

Slide 23 - Quiz

De VVD werd tijdens de vorige verkiezingen de grootste ... .
A
partei
B
partij

Slide 24 - Quiz

Uit de ... moet blijken of ze nog steeds bovenaan staan.
A
peilingen
B
pijlingen

Slide 25 - Quiz

Over Taal

Slide 26 - Slide

Kies het goede antwoord.
Mehmet voetbalt, tennist, gaat naar school, werkt en spreekt vaak af met vrienden. Hij is heel ...
A
actief
B
passief
C
sportief

Slide 27 - Quiz

Kies het goede antwoord.
Mike heeft als doel de halve marathon te lopen. Daarom traint hij elke dag, gaat hij vroeg naar bed en eet hij gezond. Hij is dus heel...
A
actief
B
doelgericht
C
uitgerust

Slide 28 - Quiz

Kies het goede antwoord.
Roze met oranje?
Elise vindt dat een heel lelijke ...
A
combinatie
B
frustratie
C
prestatie

Slide 29 - Quiz

Welk woord past in alle zinnen?
Een schuld kan hoog …
Een ruzie kan hoog …
Kosten kunnen hoog …
De rekening van een dierenarts kan hoog …
A
verlopen
B
aflopen
C
overlopen
D
oplopen

Slide 30 - Quiz

Ik ben tevreden met hoe veel ik al weet.
😒🙁😐🙂😃

Slide 31 - Poll