Thema 4_Gedrag_4.3_Nectar_VMBO_2024

UITLEG & QUIZ - 4.3
1 / 30
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

UITLEG & QUIZ - 4.3

Slide 1 - Slide

Lichaamstaal

Slide 2 - Slide

Vreugde - Verbazing - Afschuw
Woede - Verdriet - Angst

Slide 3 - Slide

Een dier geeft signalen

Slide 4 - Slide

Overdreven signalen
Jonge dieren en baby's geven signalen af waardoor ze verzorgd worden door anderen.
Fabrikanten van knuffels maken hier gebruik van. Ze geven de knuffels:
- een groot hoofd
- grote ogen
- kleine oren
- dikke buik

Slide 5 - Slide

Wat is gedrag?
A
Alles wat een mens of dier doet
B
Een verandering in de omgeving of in het lichaam
C
Opmerken van een verandering in de omgeving
D
Veranderen van gedrag na een prikkel

Slide 6 - Quiz

Een klein stukje gedrag noem je een
A
uitwendige prikkel
B
reactie
C
inwendige prikkel
D
handeling

Slide 7 - Quiz

Deze emotie hoort bij HEEL ERG BOOS
A
Gezicht 2
B
Gezicht 3
C
Gezicht 4
D
Gezicht 6

Slide 8 - Quiz

Deze emotie hoort bij VERBAZING
A
Gezicht 2
B
Gezicht 3
C
Gezicht 4
D
Gezicht 6

Slide 9 - Quiz

Welke emotie hoort bij deze vrouw?
A
Verdriet
B
Verbazing
C
Afschuw
D
Woede

Slide 10 - Quiz

Wat is hier aan de hand?
A
Rood: Boos Blauw: Verdrietig
B
Rood: Boos Blauw: Wacht af
C
Rood: Verdrietig Blauw: Boos
D
Rood: Wacht af Blauw: Boos

Slide 11 - Quiz

Welke hond zal gaan vluchten?
A
Hond A
B
Hond B
C
Hond C

Slide 12 - Quiz

Welke hond zal je gaan aanvallen?
A
Hond A
B
Hond B
C
Hond C

Slide 13 - Quiz

Welke hond is heel erg bang?
A
Hond 1
B
Hond 2
C
Hond 3
D
Hond 4

Slide 14 - Quiz

Welke staart
hoort bij
deze kop?
A
Hond 1
B
Hond 2
C
Hond 3
D
Hond 4

Slide 15 - Quiz

Het signaal van deze hond is een:
A
geur
B
kleur
C
geluid
D
beweging

Slide 16 - Quiz

Hoe heten signalen die knuffeldieren uitzenden?
A
Sleutel Signalen
B
Overdreven Signalen
C
Verzorg Signalen
D
Liefdevolle Signalen

Slide 17 - Quiz

Welke leeuw is volgens de theorie het meest schattig?
A
Leeuw 1
B
Leeuw 2
C
Leeuw 3
D
Leeuw 4

Slide 18 - Quiz

Welke leeuw is volgens de theorie het minst schattig?
A
Leeuw 1
B
Leeuw 2
C
Leeuw 3
D
Leeuw 4

Slide 19 - Quiz

Welk signaal roept verzorg-gedrag op bij andere dieren?
A
Groot, rond hoofd
B
Kleine oren
C
Mollig, zacht lijfje
D
Alle antwoorden zijn goed

Slide 20 - Quiz

Wel of geen gedrag?

Sleep de stukjes tekst naar de juiste plaats.
Geen gedrag
Wel gedrag
Een appel valt van een boom.
Een baby slaapt.
Een bliksem slaat in de grond.
Een kip legt een ei.
Een plant bloeit.
Kaya bloost wanneer ze Marc ziet

Slide 21 - Drag question

1. Je ziet de bal aankomen 4. Je roept je vriend
2. Je hoort je naam roepen 5. Je schopt tegen de bal
3. Je voelt je angstig 6. Je hebt honger

Wat zijn uitwendige prikkels?
A
1,2 3 en 4
B
2,3 4 en 6
C
3 en 6
D
1 en 2

Slide 22 - Quiz

Wanneer je een dier observeert en je maakt een lijst van wat hij doet dan noem je dat een

A
diagram
B
turflijst
C
ethogram
D
tabel

Slide 23 - Quiz

Een aapje doet zijn vader na door ook een noot te wassen in het meertje Deze vorm van leren heet
A
Imiteren
B
oefenen
C
Inzicht
D
aangeboren gedrag

Slide 24 - Quiz

Een rat loopt door een doolhofje waar door een bioloog voedsel is verstopt. De rat vindt het voedsel na elke nieuwe poging steeds sneller.
Dit heet leren door................
A
Imiteren
B
oefenen
C
Inzicht
D
aangeboren gedrag

Slide 25 - Quiz

Hieronder staan voorbeelden van gedrag. 
Is er sprake van aangeboren  of  aangeleerd gedrag? 
aangeboren gedrag
 aangeleerd gedrag
Een baby zuigt melk bij de moeder.
Een hond zwemt.
Een kat gebruikt een kattenluikje om naar binnen en naar buiten te gaan.
Een kat rent achter een muis aan.
Een meisje speelt gitaar.
Een papegaai zegt "hallo".

Slide 26 - Drag question

Een kat komt altijd op zijn pootjes terecht... Hoe heet zo'n reactie met een moeilijk woord?

Slide 27 - Open question

Wat is inprenten?
A
Leren door na te doen
B
Leren door ervaring
C
Leren in een korte gevoelige periode
D
Leren om te overleven

Slide 28 - Quiz

Welk gedrag zorgt voor bescherming tegen gevaarlijke situaties?
A
Inprenten
B
Inzicht
C
Reflexen
D
Intelligentie

Slide 29 - Quiz

Aan de slag
Maken in je leerwerkboek B:
- 4.1
- 4.2
- 4.3

Slide 30 - Slide