Les 3 - Straling & Voedselrelaties

Les 3: Ecologische kringloop
 Voedselrelaties
1 / 27
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Les 3: Ecologische kringloop
 Voedselrelaties

Slide 1 - Slide

Herhaling: ecosystemen
Je hebt grote en kleine ecosystemen:

De aarde als geheel

Een bos

Eén enkele boom

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen wat abiotische en biotische factoren zijn
  • je kunt het verschil tussen langgolvige en kortgolvige straling uitleggen.
  • Je kunt het verschil tussen het broeikaseffect en het versterkt broeikaseffect benoemen.
  • Je kunt uitleggen hoe voedselrelaties opgebouwd zijn
  • Je weet wat een voedselketen en wat een voedselweb is
  • Je weet wat producenten, consumenten en reducenten zijn en kunt hier voorbeelden bij geven
  • Je weet wat autotroof en heterotroof is

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Slide 5 - Video

Broeikas aarde
Kortgolvige zonnestralen brengen licht naar aarde maar gaan te snel om warmte af te geven

Langgolvige stralen geven warmte af, dit wordt opgenomen in de dampkring.

Slide 6 - Slide

Voedselrelaties
Een meer als klein ecosysteem met verschillende populaties

Planten
Planteneters
Vleeseters


Slide 7 - Slide

Voedselketen
Elke soort organisme is een voedselbron
voor een andere soort

Voedselketen begint altijd met een plantensoort

De pijlen wijzen naar het volgende organisme
in de keten!

Slide 8 - Slide

Voedselweb
In ecosystemen zijn vaak meerdere voedselketens mogelijk die allemaal verband houden met elkaar. Samen vormen ze een voedselweb.

Slide 9 - Slide

Producenten
Produceren hun eigen voedingsstoffen
Planten

Slide 10 - Slide

Consumenten
Consumeren: het eten van andere organismen

Herbivoor: planteneter
Carnivoor: vleeseter
Omnivoor: alleseter

Slide 11 - Slide

Reducenten
Afbreken van alle resten van platen en 
dieren

Bacterien en schimmels

Slide 12 - Slide

Voedselketen
1e schakel in keten: altijd een producent

2e en 3e (en 4e/5e etc.) schakel: consumenten

(2e schakel: herbivoren of omnivoren)
(3e schakel: carnivoren of omnivoren)

Slide 13 - Slide

Consumenten





De schakels na de producent heten consument 1e orde, 2e orde, etc.

Slide 14 - Slide

Kringloop
Behalve elkaar opeten gaan organismen ook dood

- Resten van organismen worden afgebroken door afvaleters
- Overgebleven resten worden afgebroken door bacteriën en schimmels (reducenten)

Slide 15 - Slide

Voorbeelden afvaleters

Slide 16 - Slide

Autotroof en Heterotroof

Autotroof:


  • organismen die zelf hun voedsel maken (door de fotosynthese)
  • producenten
Heterotroof:
  • afhankelijk zijn van andere organismen voor voeding
  • consumenten en reducenten

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

In het plaatje zie je een ...
A
Voedselweb
B
Voedselketen
C
Producenten
D
Voedselketting

Slide 19 - Quiz

Hoeveel herbivoren zijn er in dit voedselweb?
A
2
B
3
C
5
D
6

Slide 20 - Quiz

Waar start een voedselketen mee?
A
Herbivoren
B
Omnivoren
C
Planten
D
Planteneters

Slide 21 - Quiz

Producent
Consument

Slide 22 - Drag question

Tot welke groep behoren de afvaleters
A
Producenten
B
Consumenten
C
Reducenten
D
Afvaleters

Slide 23 - Quiz

Welke componenten horen bij een ecosysteem?
(meerdere antwoorden mogelijk)
A
Biotische factoren
B
Planteneters
C
Vleeseters
D
Abiotische factoren

Slide 24 - Quiz

Zie afbeelding; Autotroof of heterotroof?
A
autotroof
B
heterotroof

Slide 25 - Quiz

Mensen zijn:
A
Autotroof
B
Heterotroof

Slide 26 - Quiz

Aan de slag
1. Maak een samenvatting van deze les, in een google documenten bestand. Deel de link met de docent als je klaar bent.
2. Ga naar magister --> Elo - Gedeelde documenten --> Ah3a. Klik op het niveau en download paragraaf 2.
Maak opdracht 1 tm 5 van deze paragraaf.
(kan ook geopend worden via de noordhoff-site!)

Slide 27 - Slide