Herhaling H4 12-06-24

H4: Waarnemen en reageren
Herhaling
1 / 22
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

H4: Waarnemen en reageren
Herhaling

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Prikkels
De hele dag door ontvang je informatie vanuit je omgeving. We noemen dit prikkels. 

Er zijn verschillende soorten prikkels:
 1. Uitwendige prikkels: geur, stof, licht, geluid
2. Inwendige prikkels: honger, moeheid, dorst

Slide 3 - Slide

Geluid is een inwendige prikkel
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quiz

Slide 5 - Slide

Impulsen
Zintuigen ontvangen prikkels en zetten dit om in kleine elektrische signalen. Dit noemen we impulsen. 
Zintuigen zijn verbonden met je hersenen door middel van zenuwen. 
 

Slide 6 - Slide

Via welke route gaat een prikkel naar de hersenen?
A
prikkel -> impuls -> zintuig-> hersenen
B
prikkel -> zintuig -> impuls -> zenuw -> hersenen
C
prikkel -> zenuw -> impuls -> hersenen
D
prikkel -> zintuig -> zenuw -> impuls -> hersenen

Slide 7 - Quiz

prikkel verwerking
afbeelding verwerking geluidsprikkel

Slide 8 - Slide

Route van prikkel tot gedrag
Prikkel  -> zintuig  -> impuls  -> zenuw  -> hersenen  -> impuls  -> zenuw  -> spier

Slide 9 - Slide

Pas als een prikkel sterk genoeg is geeft het zintuig de prikkel door. De minimale sterkte van een prikkel noem je ...........
A
deurwaarde
B
drempelwaarde
C
sterktewaarde
D
prikkelwaarde

Slide 10 - Quiz

OOG


Adequate (juiste) prikkel => licht.
zintuig   =>      lichtzintuig
orgaan   =>       het oog

Slide 11 - Slide

lens
iris
netvlies
oogzenuw
glasachtig lichaam

Slide 12 - Drag question

Het oor
Buiten oor: 
oorschelp-gehoorgang-oorsmeerkliertjes
Midden oor:
trommelvlies-gehoorbeentjes-trommelholte
Binnen oor:
slakkenhuis - gehoorzenuw

Slide 13 - Slide

Het oor:
3
4
10
2
7
11
oorschelp
trommelvlies
slakkenhuis
gehoorbeentjes
gehoorzenuw
gehoorgang

Slide 14 - Drag question

Prikkels en impulsen
  • Een zintuig zet een prikkel om in een impuls.
  • De impuls gaat door zenuwen naar de hersenen.
  • In je hersenen wordt je je bewust van een prikkel.
  • Je hersenen reageren hierop door een nieuwe impuls via de zenuwen te sturen. Bijvoorbeeld naar een spier.

Slide 15 - Slide

Het centrale zenuwstelsel bestaat uit:
A
Hersenen, ruggenmerg
B
Ruggenmerg
C
Hersenen
D
Hersenen, ruggenmerg en zenuwen

Slide 16 - Quiz

Centraal zenuwstelsel
Bestaat uit hersenen, ruggenmerg en zenuwen. Het ontvangt prikkels vanuit de zintuigen. Zenuwen vervoeren impulsen via het ruggenmerg naar de hersenen

Slide 17 - Slide

Kijk goed naar de afbeelding. De zenuwen zijn aangegeven met de gekleurde lijntjes. Geef aan welke zenuw een bewegingszenuw is en welke zenuw een gevoelszenuw is. (1pt)
Gevoelszenuw
Bewegingszenuw

Slide 18 - Drag question

Tekst
Reflex of bewuste beweging?
Reflex
Bewuste beweging
Pupilreflex
Doelpunt maken
Pianospelen
Terugtrekken warme water

Slide 19 - Drag question

Schakelzenuw
Bewegingszenuw
Gevoelszenuw

Slide 20 - Drag question

Bewegingszenuw
schakelcel
ruggenmerg
Gevoelszenuw

Slide 21 - Drag question

Reflex of niet??
Reflex
Reflex
Bewust
Getraind reflex

Slide 22 - Drag question