4.2 prokaryoten

4.2 - bacteriën, virussen en schimmels
Telefoons zijn niet toegestaan. 
Ook niet heel even. 
Dus laat hem in je tas!
1 / 38
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 38 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

4.2 - bacteriën, virussen en schimmels
Telefoons zijn niet toegestaan. 
Ook niet heel even. 
Dus laat hem in je tas!

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

toetsstof TW II

hoofdstuk 2 - 2.5 en 2.6


hoofdstuk 3 - in zijn geheel

hoofdstuk 4 - 4.1 en 4.2


 

SOA's/voorbehoedsmiddelen
/kunstmatige bevruchting

kruisingsvraagstukken

ontstaan van het leven: prokaryoten+schimmels+
virussen

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Hoe pak je het aan?
voorbereiding = je hebt een planning gemaakt 

1. Zorg dat je bij de presentaties kan! 
2. Maak de opdrachten en bekijk de antwoorden.
3. Maak de test jezelfs van de online methode.
4. Maak de context opdrachten.
5. Maak de examentrainer.
6. Ga naar biologiepagina en maak daar de opdrachten.

klassencode LessonUp
4H1: dqqfh
4H3: vljhf
SNAP JE IETS NIET? 
Kijk een filmpje 
of een presentatie.
Maak een aantekening over wat je hebt geleerd.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

TO DO 
les didag      * bespreken groepstoets

les dodag    * herhalen van toetsstof, maken van ongemaakte opdrachten
       
les vrijdag  * inzetten practicum bacteriën
                        * schrijven van eerste deel verslag (rest volgt na de toetsweek)

volgende week        * oefentoets online te vinden (geen les meer)
               



Slide 4 - Slide

This item has no instructions

lesdoelen
* je weet wat binaire naamgeving is 

* je hebt geleerd hoe je een bacterie, schimmel en virus van elkaar kan onderscheiden

* je weet wanneer een organisme autotroof is en wanneer het heterotroof is

* je hebt geoefend met de toetsstof

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

binaire naamgeving

Soorten krijgen een wetenschappelijke naam: de binaire naamgeving.

* geslachtsnaam + soortaanduiding
* geslachtsnaam is voorop, met grote letter
* soortaanduiding is achterop, met kleine letter.

- Bijvoorbeeld: Ursus arctos (bruine beer)

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Twee organismen hebben de volgende namen.
Panthera tigris Panthera leo

Behoren deze dieren tot hetzelfde geslacht, dezelfde soort of beide?
A
tot hetzelfde geslacht
B
tot dezelfde soort
C
NIET tot hetzelfde geslacht en ook NIET dezelfde soort
D
tot hetzelfde geslacht én dezelfde soort

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

De vraag van vandaag!
Welke kunst vind jij mooi?

Slide 8 - Open question

This item has no instructions

TO DO - deze week
les 1       * bespreken virus en start eukaryoten
                * check huiswerk t/m 4.2, beginnen met 4.3
  
les 2       * bespreken 4.3 eukaryoten: begint om 8.30, maak opdrachten
                 * maken opdrachten 4.3

les 3        * bespreken 4.4 evolutietheorie
                  * maken opdrachten 4.4




TOETSWEEK 3
WEEK 15/16
donderdag 15 april t/m vrijdag 23 april

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

toppers van de dag!
Youssef Ayoubi!                                                                                 Meo!
Norah!                                                                                                    Rania!

Faye!
Timo M!
Elin!
 Indi!              Danny!


Slide 10 - Slide

This item has no instructions

leerdoelen 4.2
Je kent de kenmerken van bacteriën (prokaryoten).
Je kan uitleggen wat plasmiden zijn.
Je kan uitleggen wat de voordelen van bacteriën voor de mens zijn.

Je kent de kenmerken van virussen: vorm en functie.  
Je kan uitleggen wat een bacteriofaag is: vorm en functie.

Je kent de kenmerken van schimmels

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

to do
* bespreken virussen
* bespreken bacteriofagen

* werken aan 4.3: opdracht 26 /m 32

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

lesdoelen
filmpjes over archaea en bacteriën kijken
* kijkopdracht: noteer minstens 3 kenmerken (vorm, functie)
* maak ook een tekening van het organisme
OF zoek op das internet naar informatie over de onderwerpen!

Verder gaan we het hebben over virussen

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Slide 14 - Video

This item has no instructions

Wat is het verschil tussen prokaryoten en eukaryoten?

Slide 15 - Open question

This item has no instructions

prokaryoot   
* geen celkern: DNA los in cel
* DNA is circulair

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Slide 17 - Video

This item has no instructions

archaea

Slide 18 - Mind map

This item has no instructions

Schrijf op!
Noem drie kenmerken van archaea.
Maak er een tekening bij/van.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Video

This item has no instructions

Schrijf op wat je weet over
BACTERIËN!

Slide 21 - Mind map

This item has no instructions

Schrijf op!
Noem drie kenmerken van bacteriën.
Schrijf op wat voordelen van bacteriën zijn. 
Maak er tekeningen bij/van.

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

nu doen! - stiltewerktijd
4.2: 16, 18, 20
4.3: 28, 29, 32, 34, 35



timer
10:00

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je over het coronavirus?
(vorm, hoe werkt het?, etc)
Maak een opsomming. Geen lap tekst.

Slide 24 - Open question

This item has no instructions

bacterie
virus

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

virus = een levend organisme: ja of nee?

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Is een virus een levend organisme?
Leg je antwoord uit.

Slide 28 - Open question

Over de vraag of virussen zelf levend zijn, bestaat eveneens geen consensus. Hoewel ze genetisch materiaal bezitten en evolueren, hebben ze geen eigen stofwisseling en zijn ze voor hun replicatie volledig afhankelijk van hun gastheer. Virussen zijn om deze reden wel omschreven als "organismen aan de rand van het leven" en als zelfreplicatoren.[2][3]

Slide 29 - Link

This item has no instructions

Waarom behoort een virus niet tot de
levende wezens?
A
Een virus bestaat niet uit een of meerdere cellen.
B
In een geïsoleerd virus vindt geen stofwisseling plaats.
C
Virussen kunnen niet zelfstandig voortplanten.
D
Alle antwoorden zijn goed.

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions

Levenscyclus virus
levenscyclus van een virus

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Welk type cel infecteert het virus in het voorbeeld?
A
bacterieel
B
dierlijk
C
plantaardig
D
van een schimmel

Slide 32 - Quiz

This item has no instructions

bacteriofaag virus dat bacteriën infecteert

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

to do
* bespreken virussen
* bespreken bacteriofagen

* werken aan 4.3: opdracht 26 /m 32

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

schimmels
*bestaan uit lange schimmeldraden

*planten zich voort met sporen die groeien aan het einde van een schimmeldraad of in een speciaal voortplantingsorgaan: de paddestoel.

Het gewicht van een 1/2 miljoen blauwe vinvissen aan sporen. 
= 200 - 1.000.000 per kubieke meter

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Wat is dit?
Deze schimmels planten zich voort door celdeling.

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Slide 37 - Video

This item has no instructions

Slide 38 - Video

This item has no instructions