Leerdoelen 4.2 4.2.1 Je kunt kenmerken van bacteriën noemen. 4.2.2 Je kunt kenmerken van virussen noemen. 4.2.3 Je kunt kenmerken van schimmels noemen.
1 / 22
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4
This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Basisstof 4.2 (2 lessen)
Leerdoelen 4.2 4.2.1 Je kunt kenmerken van bacteriën noemen. 4.2.2 Je kunt kenmerken van virussen noemen. 4.2.3 Je kunt kenmerken van schimmels noemen.
Slide 1 - Slide
Basisstof 4.2
Voorkennisvragen:
Onder welke groep vallen de bacteriën en de archaea?
Wat hebben bacteriën en archaea met elkaar gemeen?
Wat is bijzonder aan de groep cyanobacteriën?
Wat is een verschil tussen de archaea en de bacteriën?
BINAS mee?
timer
2:30
Slide 2 - Slide
Onderdelen (Binas ?)
Slide 3 - Slide
Waarom hebben bacterien ook ribosomen nodig?
Slide 4 - Open question
Wat is dit?
- Bestudeer 4.2 - Hulpopdracht
- Maak 4.2
Veroorzaakt ziekte Heeft RNA Helpt antibiotica?
Slide 5 - Slide
Maak 3 tabellen en zet erboven: Bacteriën, Virussen en Schimmels. Vul onderstaande woorden op de juiste plek in. Tip: Lees een blokje: vul in welke je zeker weet en ga verder.
- Celkern en celwand, geen bladgroen.
- Leef niet
- Eencellig
- Geen cellen en cytoplasma
- Heterotroof
- Voortplanting door knopvorming, deling of sporen
- Chromosomen of plasmiden
- Toepassing: gisting bij brood
- Als ze bacterie infecteren zijn het bacteriofagen
- Toepassing: gisting bij bier en wijn
- Toepassing: productie enzymen, medicijnen en hormonen - Toepassing: maken antibiotica - Schadelijk: bederving voedsel - Toepassing: waterzuivering en afvalverwerking - Eiwitmantel
- DNA of RNA los in cel - Geen stofwisseling
- Bestaat vooral uit DNA of RNA
- Gastheer nodig voor stofwisseling en voortplanting
- Bijv. witte bloedcellen infectie met HIV
- DNA kan cirkelvormig zijn - Ongeslachtelijke voortplanting - Toepassing: maken melkzuur (yoghurt, kaas) - Toepassing: positieve invloed in lichaam - Schadelijk: ziekten (antibiotica kan hier tegen helpen) - Schadelijk: ziekten ( antibiotica helpt niet) - Schadelijk: ziekten (antibiotica helpt niet)
timer
15:00
Slide 6 - Slide
Schimmels:
- Celkern en celwand, geen bladgroen.
- Heterotroof
- Voortplanting door knopvorming, deling of sporen
- Toepassing: gisting bij brood
- Toepassing: gisting bij bier en wijn
- Toepassing: maken antibiotica
- Schadelijk: bederving voedsel
- Schadelijk: ziekten (antibiotica helpt niet)
Virussen:
- Leef niet
- Geen cellen en cytoplasma - Geen stofwisseling
- Bestaat vooral uit DNA of RNA
- Eiwitmantel
- Gastheer nodig voor stofwisseling en voortplanting
- Bijv. witte bloedcellen infectie met HIV
- Als ze bacterie infecteren zijn het bacteriofagen - Schadelijk (antibiotica helpt niet)
Bacteriën:
- Eencellig
- DNA of RNA los in cel - DNA kan cirkelvormig zijn - Chromosomen of plasmiden - Ongeslachtelijke voortplanting - Toepassing: maken melkzuur (yoghurt, kaas) - Toepassing: waterzuivering en afvalverwerking - Toepassing: productie enzymen, medicijnen en hormonen - Toepassing: positieve invloed in lichaam - Schadelijk: ziekten (antibiotica kan hier tegen helpen)
Slide 7 - Slide
Wat is dit?
- Bestudeer 4.2 - Hulpopdracht
- Maak 4.2
Veroorzaakt ziekte Heeft RNA Helpt antibiotica?
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Opdracht 14 + 15
Bespreken 14
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Bacteriecel (en archea)
soorten bacteriën (79A)
Gemiddeld 10x kleiner dan dierlijke, plantaardige of schimmelcel (1 tot 10 micrometer)
Slide 12 - Slide
Nuttige prokaryoten
beschermlaag tegen ziekteverwekkers
'Darmflora' helpt bij vertering van voedsel
Biotechnologie voor produceren van o.a. yoghurt, zuurkool, insuline (hormoon)
Slide 13 - Slide
71M1
Slide 14 - Slide
(Schadelijke) prokaryoten
Eten ook (resten van) dieren en planten
Veroorzaken veel ziektes (zie 79A). Denk bijv. aan - (keel)ontsteking - salmonella - cholera - tubercolose
Delen ontzettend snel, sommige wel elke 20 min onder goede omstandigheden.
Slide 15 - Slide
Chemo-autotroof
Sommige Archeae (en enkele bacterien) zijn chemo-autotroof: in staat om organische stoffen te maken uit anorganische stoffen met behulp van energie uit een chemische reactie.
Slide 16 - Slide
Opdracht 16-28
Bespreken 16, 20, 24 en?
timer
15:00
Slide 17 - Slide
Virus
- Gem. 0.1 µm lang. - Zie binas 77 C en D - Virus dat op bacteriën zich richt heet een bacteriofaag
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Video
Rechts zie je de 4 rijken staan. Sleep het juiste rijk naar de bijbehorende cel.
Dier
Plant
Schimmel
Bacterie
Slide 20 - Drag question
Prokaryoot, kan autotroof zijn.
Geen celwand, tussen 10-100µm lang
Wel vacuole en celkern, heterotroof
Met celkern, maakt eigen organische stoffen uit anorganische stoffen
Dier
Plant
Schimmel
Bacterie
Slide 21 - Drag question
Basisstof 4.2 (2 lessen)
Leerdoelen 4.2 4.2.1 Je kunt kenmerken van bacteriën noemen. 4.2.2 Je kunt kenmerken van virussen noemen. 4.2.3 Je kunt kenmerken van schimmels noemen.