Hoofdstuk 6 keuzedeel fitness

Trainingsleer
1 / 24
next
Slide 1: Slide
WelzijnMBOStudiejaar 1,2

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Trainingsleer

Slide 1 - Slide

De origo en insertie komen verder van elkaar af te liggen, welke contractie is dit?
A
Concentrische contractie
B
excentrische contractie
C
isometrische contractie
D
statische contractie

Slide 2 - Quiz

Slide 3 - Slide

Fast twitch spiervezels zijn:
stelling 1 rood van kleur
stelling 2 vooral explosief
A
1 is juist, 2 is onjuist
B
1 is onjuist, 2 is juist
C
beide zijn juist
D
beide zijn onjuist

Slide 4 - Quiz

Slide 5 - Slide

Welke 4 soorten van prestatie zijn er
Lichamelijk en welke nog meer?

Slide 6 - Mind map

Soorten prestatie 
Lichamelijk aspect
Mentale aspect
Tactisch aspect
Technisch aspect

Slide 7 - Slide

Trainingsprincipes

Specificiteit
Overload
Wet van de verminderde meeropbrengst
Reversibiliteit 

Slide 8 - Slide

3 types krachttraining
Maximale kracht

Hypertrofie 

Kracht uhv 

Slide 9 - Slide

Welke is deze?
70-85% van de 1RM
6-12 herhalingen
A
maximale kracht
B
hypertrofie
C
kracht uithoudingsvermogen
D
snelkracht

Slide 10 - Quiz

Welke is deze?
20-45% van de 1RM
10-25 herhalingen
A
maximale kracht
B
hypertrofie
C
kracht uithoudingsvermogen
D
snelkracht

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Video

Duurtraining en intervaltraining
Duurtraining extensief en intensief 


Duurtraining interval in en extensief
Grote verschil, hier zit ook nog snelheid bij in! 

Slide 13 - Slide

1. De maximale hartslagmethode
220- leeftijd = HF max
Voordeel: eenvoudig te berekenen, redelijke richtlijn.
Nadeel: houdt geen rekening met conditie testpersoon, standaardafwijking 10 tot 15 slagen..




Slide 14 - Slide

2 zones
Aerobe zone 
dagelijkse bezigheid en fitheidszone

Anaerobe zone 
conditiezone en prestatiezone 

Slide 15 - Slide

2. Methode van Karvonen
Hf max- HF rust= HF reserve x % trainingsintensiteit + HF rust= HF streef.

Voordeel: Snelle methode die met belastbaarheid sporter rekening houdt.

Nadeel: HF max verschilt per persoon, moment van meting is erg bepalend.

GEEN VRAGEN OVER IN HET EXAMEN! 

Slide 16 - Slide

3. De praattest
Praten tijdens oefening is het aerobe zone, hijgen, dan anaerobe zone.

Voordeel: eenvoudig toepassen.

Nadeel: niet doelgericht

Slide 17 - Slide

Einde les

Vanaf hier verder! 

Slide 18 - Slide

Doelgroepen fitness 

Slide 19 - Slide

Jeugd
Kinderen hebben minder fysieke beweging dan kinderen van 20 jaar geleden!

- Een daling van de fysieke prestatie
- Toename lichaamsgewicht
- Verhoogd risico op hart en vaatziekten



Slide 20 - Slide

Onderzoek
- 1 op de 4 kinderen heeft overgewicht (Dietz)

- 40% tussen 5 en 8 jaar al op zijn minst 1 hart of vaatziekterisico heeft…

Slide 21 - Slide

Jeugdfitness
  1-3x per week
  50% van de 1 rm
  20- 25 herhalingen, 1- 2 series


Slide 22 - Slide

De vrouwen tegen de mannen
Lager lichaamsgewicht 
minder spiermassa, meer vetmassa 
een breder bekken
een kleinere longinhoud 

Trainingsprogramma hoeft niet af te wijken van dat van mannen! 

Slide 23 - Slide

Zwangerschap
Is de buik zichtbaar? Dan geen rechte buikspieroefeningen meer doen. 

Oefeningen in ruglig vanaf 4 maand niet meer doen. 

Slide 24 - Slide