2. 6 sept: Onderwerp en hoofdgedachte H2

Op tafel: 
- schrift / map
- pen

Welkom havo 4D
timer
2:30
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 22 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 70 min

Items in this lesson

Op tafel: 
- schrift / map
- pen

Welkom havo 4D
timer
2:30

Slide 1 - Slide

Vandaag vrijdag 6 september:
  • Huiswerk bespreken
  • Herhaling H2
  • Tekst lezen

Slide 2 - Slide

Communicatie hoofdstuk 2, opdr 3
Bedenk een hoofdgedachte en twee deelonderwerpen bij onderstaande onderwerpen:
a. voetbal op kunstgras
  •  deelonderwerpen: gevaar voor gezondheid, blessuregevoeligheid.
  • hoofdgedachte: Professionele voetbalclubs stappen af van voetballen op kunstgras.

Slide 3 - Slide

Communicatie hoofdstuk 2, opdr 5
Hoe kun je de hoofdgedachte achterhalen als deze niet letterlijk wordt vermeld? 

  • Door jezelf de vraag te stellen: ‘Wat is het belangrijkste dat de schrijver over een onderwerp zegt?’

Slide 4 - Slide

H. 2 onderwerp en hoofdgedachte
Lesdoel: Je kunt het onderwerp en de hoofdgedachte van een tekst herkennen. 


Slide 5 - Slide

Begrippen:

Onderwerp: één woord of een woordgroep (geeft aan waar de tekst over gaat)
Deelonderwerpen: één woord of een woordgroep (geeft aan waar één of een paar alinea's samen over gaan)
Hoofdgedachte: één zin (geeft aan waar de tekst over gaat)

Kernzin: belangrijkste zin in de alinea.

Slide 6 - Slide

Het onderwerp
- samenvatting in één woord of woordgroep
- oriëntatie
- deelonderwerpen
Je moet het onderwerp van een tekst kunnen bepalen. 
Bij je PWS moet je het andersom kunnen: jij moet een onderwerp met deelonderwerpen bedenken. 

Slide 7 - Slide

Communiceren doe je samen 2
Wat moet je doen om het onderwerp en de hoofdgedachte te vinden? Waar zoek je? 

Het onderwerp van een tekst = het samenvatten van de tekst in één woord of woordgroep.

De hoofdgedachte van een tekst = onderwerp + hoofdzaken in één zin.
  • Tekst bekijken, inleiding + slot lezen
  • Hele tekst lezen

Slide 8 - Slide

Voorkeursplaatsen / waar vind je ze in de tekst?
Onderwerp:
  • titel, inleiding, afbeeldingen, slot
Deelonderwerpen
  • middenstuk - deeltitels (tussenkoppen)
Hoofdgedachte
  • De hele tekst
  • Wordt er naar de hoofdgedachte gevraagd, lees dan eerst de hele tekst (of beantwoord deze vraag pas als laatst).

Slide 9 - Slide

Zelf aan de slag:
Stencil / oefenboek pg 35
Opdracht 9a,b,c.

Klaar? Maak ook d,e,f
timer
12:00

Slide 10 - Slide

antwoorden bespreken vraag a.
Onderwerp: 
  • vriendschap
Hoofdgedachte: 
  • Wat zijn de tekenen als een vriendschap niet meer goed is?

Slide 11 - Slide

antwoorden bespreken vraag b.
Bijvoorbeeld

Slide 12 - Slide

antwoorden bespreken vraag b.
Bijvoorbeeld

Slide 13 - Slide

antwoorden bespreken vraag c.
Tussenkopjes
Alinea 1:
  • Eénrichtingsverkeer
Alinea 2:
  • Klaarstaan voor elkaar
Alinea 3: 
  • Blij bij afscheid

Slide 14 - Slide

antwoorden bespreken vraag c.
Tussenkopjes
Alinea 4:
  • irritaties
Alinea 5:
  • De waarheid vertellen
Alinea 6: 
  • Geheimen

Slide 15 - Slide

antwoorden bespreken vraag c.
Tussenkopjes
Alinea 7:
  • zuinigheid
Alinea 8:
  • respect

Slide 16 - Slide

Ga verder aan de slag:
Stencil / oefenboek pg 35
Opdracht 9d,e,f.

Wat niet af is, wordt huiswerk. 


timer
12:00

Slide 17 - Slide

Kernzin
  • De belangrijkste zin van een alinea. 
  • Meestal de eerste, tweede of laatste zin in een alinea.

  • De kernzin helpt bij het vinden van de hoofdgedachte, maar! 
  • de hoofdgedachte staat vaak niet letterlijk in de tekst. 

  • De hoofdgedachte moet je vaak zelf bedenken met de vraag: 
  • Wat is het belangrijkste dat de schrijver over het onderwerp zegt?

Slide 18 - Slide

Beantwoord de volgende vragen in je schrift:
1. Wat is de definitie van het onderwerp?
2. Wat is de definitie van de hoofdgedachte?
3. Wat zijn de voorkeursplaatsen voor het onderwerp?
4. Wat zijn de voorkeursplaatsen voor de hoofdgedachte? 
Schrijf in stilte
timer
5:00

Slide 19 - Slide

Wat was het onderwerp van deze les?

Wat was de hoofdgedachte van deze les? 
Schrijf in stilte op. 

Slide 20 - Slide

Huiswerk:
Deel 1: 
  • Opdracht 9d,e,f: Maak foto en stuur via Teams naar je docent

Deel 2:
  • Lees de tekst op pagina 36 (oefenboek, zachte kaft). 
  • Schrijf minstens 10 woorden op die je niet kent. 
  • Zoek de betekenis van die woorden op. 

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide