3.4 El Niño

§3.4 El Nino – zuidelijke oscillatie
1 / 25
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 25 slides, with text slides and 4 videos.

Items in this lesson

§3.4 El Nino – zuidelijke oscillatie

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat gaan we doen?
Kleine terugkoppeling
Uitleg + aantekeningen
La Nina en El Nino
Lesdoelen

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lesplanning
1. Spullen pakken
2. Herhalen §3.3
3. Aantekeningen maken
4. Huiswerk 

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Video

This item has no instructions

Lesdoelen
  • je kennis over de mondiale atmosferische en oceanische circulatie toepassen om oorzaak en gevolg van ENSO te bepalen;
  • interacties tussen atmosfeer en oceaan elders op aarde met ENSO vergelijken.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

§3.4 El Nino – zuidelijke oscillatie

Slide 7 - Slide

El Nino is oceanisch, terwijl de zuidelijke oscilatie verwijst naar het atmosferische deel van dit systeem in de grote oceaan. 
Luchtdruk oscilleert
Luchtdrukverschil tussen Tahiti en Darwin ‘oscilleert’. Dat wil zeggen: verandert in de tijd als een golf, een cyclus, op en neer.
De zuidelijke oscillatie (Southern Oscillation)

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Slide

Onder normale omstandigheden waait er dus rond de evenaar een oostelijke wind over de grote oceaan. Gevolg -> zeewater van Peru naar Indonesië geblazen.
Hierdoor ontstaat er voor de kust van Peru opwelling van koud diezeewater met veel voedingsstoffen voor zeeleven en is goed voor de visvangst.
Het water is koud -> lucht koelt af dus dalende luchtbeweging -> hogedrukgebied.
Bij Australië en Indonesië is dit precies andersom 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

La Niña 
Normale zeestroming oost west
(Peru naar Indonesië).  
- Wordt aangedreven door de sterke
    passaten.

Opwelling van koud diepzeewater 
bij Peru wordt gestimuleerd.
- Gevolg = hogedrukgebied.

Slide 11 - Slide

Onder normale omstandigheden waait er dus rond de evenaar een oostelijke wind over de grote oceaan. Gevolg -> zeewater van Peru naar Indonesië geblazen. 

Hierdoor ontstaat er voor de kust van Peru opwelling van koud diezeewater met veel voedingsstoffen voor zeeleven en is goed voor de visvangst. 

Het water is koud -> lucht koelt af dus dalende luchtbeweging -> hogedrukgebied. 

Bij Australië en Indonesië is dit precies andersom 
Peru
Kust

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

ENSO
El Niño Southern Oscillation.
Grote veranderingen van het weer 
op de wereld.

Wordt aangedreven door
oceaanstromen en mondiale 
windsysteem.

Slide 13 - Slide

Luchtdruk daalt en draait om en dus ook de winden, passaten en dus ook de zeestroom

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Slide

Luchtdruk daalt en draait om en dus ook de winden, passaten en dus ook de zeestroom
EN(SO)
EN = El Niño
I.p.v. normale zeestroming oost west 
(Peru naar Indonesië), stroming van west 
naar oost Indonesië  naar Peru. Belemmert 
opwelling van koud water.

- Oceanische deel van de weersverandering.


Slide 16 - Slide

visvangst ligt stil 
(EN)SO
SO = Zuidelijke oscillatie
Veranderingen in het luchtdrukverschil
over de Grote Oceaan tussen
Indonesië en Peru.

- Atmosferische deel van de 
    weersverandering.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Zuidelijke oscillatie
Luchtdrukverschillen: Lagedruk gebied verschuift richting oceaan.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

El Niño 
1. Lagedruk gebied in Peru.
2. Hogere luchtdruk in Australië.
3. Lucht- en zeestromen keren 
    om.
4. Indonesië = droogte.
5. Peru = neerslag.

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Slide 20 - Video

This item has no instructions

Gevolgen El Niño 
1.  Bosbranden in Indonesië door droogte.
2. Droogte in delen van de Californië.
3. Overstromingen in Peru door zware 
     regenval.
4. Daling visvangst bij Peru door minder 
     opwellend diepzeewater.
5. Ontstaan van luchtdrukverschillen op de
 Atlantische oceaan - beïnvloedt het weer in
Europa, bijvoorbeeld een vochtig voorjaar in
 Nederland.


Slide 21 - Slide

2 tot 8 jaar wisselt het om. Nog heel weinig over de oorzaken van dit verschijnsel duidelijk. 
   Huiswerk
       §3.4 Ⓜ︎ 1, 2, 3. 4, 5 + 
       Samenvattingsopdracht blz. 125

       Klaar?
        - Samenvatting §3.4
Lesdoelencheck
Filmpje?

       

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
  • je kennis over de mondiale atmosferische en oceanische circulatie toepassen om oorzaak en gevolg van ENSO te bepalen;
  • interacties tussen atmosfeer en oceaan elders op aarde met ENSO vergelijken.

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Slide 24 - Video

This item has no instructions

Slide 25 - Video

This item has no instructions