3.4 Planten

• Biologie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

Wat gaan we doen

Oefentoets afmaken bs 1 t/m3 en bespreken

Vragen over bs 1 t/m 3?

Uitleg Bs4 

Opdrachten maken

Oefentoets maken

Klaar? Kijken of je nog vragen heb over bs 1 t/m 3 (schrijf deze op)

Als je dat hebt gedaan maakt dan een begin met Bs4: eerst lezen, dan de opdrachten maken!

Basisstof 4: Planten

Leerdoelen

3.4.8 Je kunt kenmerken en voorbeelden noemen van vaatplanten en wieren.

3.4.9 Je kunt kenmerken en voorbeelden noemen van sporenplanten en zaadplanten.

Planten leven overal op aarde, in de moeilijkste omstandigheden. Zelfs in de woestijn groeien planten. Er zijn al meer dan 390 000 soorten planten ontdekt.

Indeling van planten

We gaan vandaag kijken naar de volgende stammen:

• Vaatplanten
• Groenwieren

Vaatplanten

Vaatplanten bevatten een transportsysteem: vaatbundels.

Wieren behoren niet tot de vaatplanten.

Paardenstaarten, varens en zaadplanten wel 

Vaatplanten

De meeste planten die je kent, 

behoren tot de stam van de 

vaatplanten.

Andere vaatplanten planten 

zich voort met sporen.

Vaatplanten

Vaatplanten - voorbeelden

Vaatplanten

Vaatplanten transporteren stoffen door vaatbundels in de wortel, stengels en bladeren.

Voortplanting bij vaatplanten kan met:

zaden

Of sporen

voortplanting met zaden

(zaadplanten)

voortplanting met sporen 

(sporenplanten)

Voortplanting met zaden

Zaadplanten hebben wortels, stengels, bladeren en bloemen.

Zaden ontstaan in de bloemen. 

zaadplanten

voortplanting door zaden (bloem -> vrucht met zaad)

Sporenplanten

Voortplanting door sporen

Mossen 

Varens

GEEN BLOEMEN

Sporenplanten, voortplanting door sporen.

Mossen: sporendoosjes


Paardenstaarten: sporenvormende 

                                      orgaantjes

Varens: sporenhoopjes

wieren(algen)

Eencellige  wieren

Meercellige wieren

Geen wortels, stengels of bladeren.

Geen bloemen

Planten voort dmv deling of sporen

boomalg (eencellig)

zeesla (meercellig)

Wieren (algen) - voorbeelden

Deze wieren zijn ééncellig

Boomalg =groenwier

Zeesla

Een voorbeeld van een meercellig groenwier is zeesla. Zeesla groeit in zee, in het ondiepe water aan de kust (zie afbeelding). De plant is eetbaar en wordt bijvoorbeeld gebruikt in sushi.

Leerdoelen

3.4.8 Je kunt kenmerken en voorbeelden noemen van vaatplanten en wieren.

3.4.9 Je kunt kenmerken en voorbeelden noemen van sporenplanten en zaadplanten.

Planten leven overal op aarde, in de moeilijkste omstandigheden. Zelfs in de woestijn groeien planten. Er zijn al meer dan 390 000 soorten planten ontdekt.

1.

2.

3.

4.

5.

sporenplant

sporenplant

sporenplant

sporenplant

sporenplant

zaadplant

zaadplant

zaadplant

zaadplant

zaadplant

Ik heb geen stengels of wortels!

Ik heb wel stengels en wortels!

vaatplanten

mossen

paardenstaarten

Wieren

Een sporenplant heeft

1. wel bladeren, geen wortels, geen bloemen
2. wel bladeren, wel wortels, wel bloemen
3. wel bladeren, wel wortels, geen bloemen
4. geen bladeren, wel wortels, geen bloemen

Kenmerken van sporenplanten

1. geen bloemen
2. wortels stengels bladeren
3. voortplanting door sporen
4. A, B en C allemaal goed

Kenmerken	Groep
- Heeft wortels - Heeft bloemen - Vruchten met daarin zaden
- Niet symmetrisch - Stevige hoornvezels tussen de cellen - Zitten meestal vast aan de bodem van de zee
- Veelzijdig symmetrisch - Inwendig skelet van kalk - De huid is bedekt met stekels of knobbels - Leven op de bodem van de zee
- Tweezijdig symmetrisch - Een inwendig skelet

Zaadplanten

Sponsdieren

Stekelhuidigen

Gewervelden

Vaatplanten

Groenwieren

Voortplanting door deling

Voortplanting door zaden

Wortels, stengels, bladeren

Eencellig

Mossen

Bloemen

Zet de woorden bij de juiste afbeeldingen

zaadplant

sporenplant

zaadplant

sporenplant

Opdrachten maken

opdracht 1 t/m 8 

niet af is huiswerk

Heb je 1 t/m 3 nog niet af? Dan moet dit na de vakantie af zijn!