Je legt de benodigde spullen op tafel.
This lesson contains 13 slides, with text slides.
je misdragen - je slecht gedragen
hersenloos - zonder hersens
waardeloos - zonder waarde
herexamen - opnieuw examen doen
non fictie - niet verzonnen
a-: niet
anti-: tegen
non-: niet
mis-: verkeerd, fout
wan-: slecht, verkeerd
her-: weer, opnieuw
ex-: niet meer
mini-: heel klein
inter-: tussen 2 of meer gebieden
asociaal
antipathie
non-actief
misdragen
wantoestand
herinrichten
ex-man
minibus
interland
vakkennis - kennis van een vak (iets weten over een vak)
minimumloon - minder loon - slecht betaald